Haver en rogge tegen gewichtstoename en leverontsteking

In een nieuw gepubliceerd experimenteel onderzoek vond men dat vezels van zemelen van haver en rogge de groei van heilzame darmflora ondersteunen, die op haar beurt het cholesterolmetabolisme en de functie van de darmbarrière verbeteren en leverontsteking verminderen. In aanvulling verzwakken diëten verrijkt met deze zemelen de gewichtstoename.  De effecten van haver en rogge waren gedeeltelijk verschillend, maar beide wel gunstig voor de gezondheid.

Het onderzoek is uitgevoerd binnen een samenwerking tussen het Instituut voor Volksgezondheid en Klinische Voeding aan de Universiteit van Oost-Finland, VTT Technical Research Center of Finland en de School Biologische Wetenschappen aan de Universiteit van Hong Kong.

De gezondheidsvoordelen van haver, rogge en andere volkorenproducten werden uitgebreid bestudeerd in experimenteel onderzoek bij mensen en dieren, en hun gebruik is geassocieerd met verminderde ontsteking en verbeterd metabolisme van glucose, lipiden en vetweefsel. Bovendien zijn ze gekoppeld aan een verlaagd risico op obesitas, metabool syndroom, hart- en vaatziekten en diabetes type 2. Verschillende voedingsvezels staan er ook om bekend dat ze verschillende gezondheidseffecten hebben.

Tot voor kort waren de mechanismen die ten grondslag liggen aan de gezondheidseffecten van zemelen van haver en rogge niet goed begrepen.  Vezels zijn erom bekend veranderingen in de darmflora te veroorzaken en zo de darmen  op een gunstig manier te  moduleren. Hoe deze modulatie wordt geassocieerd langs metabole routes is echter grotendeels onduidelijk. Het doel van deze experimentele studie was om verschillen in metabolieten geproduceerd door de darmflora en hun interacties met het metabolisme van de gastheer te onderzoeken als reactie op suppletie van zemelen van haver en rogge.

De studie was een dierexperiment waarbij muizen gedurende 17 weken vetrijk werden gevoerd met een Westers dieet . Twee groepen kregen hetzelfde verrijkte dieet met 10% zemelen van haver of rogge. Onder de verschillende darmbacteriën metabolieten, richtte deze studie zich op die welke vooral relevant zijn voor de ontwikkeling van leververvetting, die vaak wordt geassocieerd met zwaarlijvigheid. Zo werden microbiële metabolieten beoordeeld door het meten van vetzuren met een korte keten (SCFA ‘s), ileale en fecale galzuren, en de expressie van genen gerelateerd aan het metabolisme van tryptofaan.

De bevindingen suggereren dat beide zemelen het vermogen hebben om een gunstige omgeving in de darmen te ondersteunen door de groei van heilzame  microben. De overvloed aan Lactobacillus geslachten nam toe in de haver groep, terwijl Bifidobacterium genera in de rogge groep was toegenomen.  Via deze microflora veranderingen veranderde haver de aan galzuur gerelateerde receptor

functie en de door rogge gemodificeerde productie van galzuur, wat leidde tot een verbeterd cholesterol metabolisme. Beide zemelen verhogen de productie van SCFA’s, wat leidt tot een verbeterde darmintegriteit, verminderde leverontsteking, en omleiding van het tryptofaan metabolisme naar een gunstiger pad, dat wil zeggen van serotonine synthese tot microbiële indool productie.  Bovendien bleek dat suppletie van zowel haver als rogge gewichtstoename geassocieerd met een vetrijk dieet verzwakte.

Persbericht UNIVERSITEIT VAN OOST-FINLAND
Vertaling: Andre Teirlinck