Column Hans Zevenboom – Adembeheersing. Genezen met zuurstof

Adembeheersing. ‘Genezen met zuurstof’, Oktober 2020

  • Inleiding

Er zijn veel redenen waarom mensen gebrek aan zuurstof hebben. Om te beginnen bevat onze planeet te weinig zuurstof. De lucht in steden en andere vervuilde gebieden bevat vaak nog minder zuurstof dan wenselijk is. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zit de lucht die we inademen zelfs vol kanker veroorzakende stoffen en zou moet worden aangemerkt als kankerverwekkend voor mensen.

Uit onderzoek is gebleken dat de meest schadelijke zuurstofverbruikers – o.a. operatieve ingrepen, virus- of bacteriële infecties, hartzwakte, stress, voedselallergieën, chemotherapie, te hoge zuurgraad van het lichaam, te weinig lichaamsbeweging, etc. etc. – een kritieke afname in het hartminuutvolume [1] veroorzaken. Dit betekent uiteindelijk dat er minder zuurstof door het lichaam wordt vervoerd! Zo kan de zuurstoftoevoer van iemand van 80 jaar wel 66% van de maximale hoeveelheid dalen!

  • De zuurstof-koolstofrelatie

Het is allang bekend dat in bepaalde delen van het lichaam géén genezing kan plaatsvinden zonder voldoende zuurstof in de betreffende weefsels. Lucht inademen met een hoger zuurstofgehalte kan een laag zuurstofniveau van het bloed corrigeren. Door het hogere zuurstofniveau in de longen ontstaat meer ‘stuwkracht’ om de zuurstof de longhaarvaten in de drijven. De zuurstofdruk in de aderen stijgt naarmate er meer zuurstof door de aderwand komt. Juist door deze zuurstofdruk en –overdracht kunnen de haarvaten het overdrachtsmechanisme doen herstellen.

Niets verlaat het lichaam tenzij het eerst aan zuurstof wordt gebonden!

Een veel voorkomende misvatting van artsen is dat zuurstof en kooldioxide antagonistisch zijn; dat een toename van de één in het bloed noodzakelijkerwijs leidt tot afname van de ander. Maar dit klopt niet! Door te veel zuurstof in te ademen wordt te veel kooldioxide verdrongen, wat leidt tot een toename van melkzuur. Te veel melkzuur verdringt zowel zuurstof als koolstof. Melkzuur zelf onderdrukt over het algemeen de ademhaling.

Weinig mensen weten dat een verlaagd kooldioxideniveau in het bloed leidt tot een verminderde zuurstoftoevoer naar de cellen in het lichaam, met inbegrip van hersenen, hart en nieren! Dat, bijvoorbeeld kooldioxide (CO2) verantwoordelijk is voor de verbinding tussen zuurstof en hemoglobine. Als het kooldioxidegehalte in het bloed dus lager is dan normaal, leidt dit tot problemen bij het vrijkomen van zuurstof uit hemoglobine. De hemoglobine vervoert in de bloedlichaampjes zuurstof, terwijl kooldioxide wordt verbonden met alkali (ook wel base in het algemeen) in het plasma.

Dus, waar het op neerkomt is dat je zonder CO2 niet kunt leven, omdat O2 niet zonder CO2 in het lichaam functioneert!

3.0 Zuurstof bepaalt de alkaliteit

Als we ziek zijn, daalt meestal het pH-niveau [1] in ons lichaam en wordt ons zuurstofniveau 15 tot 20% lager dan normaal.

Als het bloed (reeds) te zuur (een te lage pH-waarde) is, kan het lichaam niet anders dan de gifstoffen uit het bloed halen en ze in cellen afzetten om te zorgen dat het bloed de juist pH-waarde (een licht-alkalische gesteldheid) behoudt. Daarbij komt nog dat als het bloed te zuur is, de cellen niet via het bloed kunnen ontgiften [2]. Hierdoor worden die cellen zelf echter zuurder en giftiger en daalt hun zuurstofniveau! Dus hoe zuurder de cellen, des te minder goed ze van zuurstof voorzien worden.
Na verloop van tijd neemt de zuurgraad van deze cellen toe en sterven er sommige. Die dode cellen veranderen zelf in zuren. Echter sommige van deze verzuurde cellen kunnen zich aanpassen in dat verzuurde milieu. In plaats van te ‘sterven’ – zoals normale cellen dat doen – blijven ze in leven door in abnormale cellen te veranderen. Deze abnormale cellen worden kwaadaardige cellen genoemd. Kwaadaardige cellen corresponderen niet met de hersenfunctie of met de DNA-geheugencode. Dit heeft tot gevolg, dat deze cellen voor onbepaalde tijd chaotisch doorgroeien. Dit is kanker [3]!

Hoe hoger de zuurgraad van ons lichaam, des te slechter kunnen de lichaamsvloeistoffen zuurstof opnemen!

Verlaagd kooldioxidegehalte (CO2, zgn. hypocapnie) leidt tot verminderde zuurstofvoorziening van alle organen én weefsels t.g.v. oppervlakkig ademen, vaatvernauwing en het onderdrukte Bohr-effect. Het Bohr-effect bepaalt de zuurstofafgifte in haarvaten, oftewel waarom rode bloedcellen zuurstof in weefsels afgeven.
Christian Bohr zegt, dat bij een lagere pH-waarde (zuurder milieu in weefsels) hemoglobine zich minder sterk met zuurstof verbindt. Volgens zijn zeggen, beheerst de pH van ons lichaam de activiteit van elk stofwisselingsproces dat zich in ons lichaam afspeelt! Aangezien er een precies evenwicht bestaat tussen kooldioxide en de concentratie van protonen in het bloed, veroorzaakt een verhoging van het kooldioxidegehalte een afname van de zure pH, wat leidt tot een toename van de affiniteit van hemoglobine voor zuurstof. Dit is precies hoe natriumbicarbonaat werk. Het verhoogt namelijk het kooldioxideniveau in het bloed.

 

[1] pH-niveau. Een pH-waarde lager dan 7 wordt als zuur beschouwd en hoger dan 7 als alkalisch.
[2] Het lichaam kent meerdere systemen voor het opruimen van gifstoffen. Dikke darm, genito-urinair stelsel, huid, lymfstelsel en longen helpen allemaal om afvalstoffen te verwijderen.
[3] Rondom een kanker–cel ontstaat ook altijd een teveel aan melkzuur, waardoor andere cellen in de buurt afwijkend worden.

4.0 Relatie voltage van een cel, zuurstof, pH-waarde en kooldioxide

De voltage van een cel

Cellen moeten voldoende voltage hebben om de mitochondriën (de energiefabriekjes van een cel) te stimuleren om energie te produceren voor het functioneren van de cellen. Deze energie wordt uitgedrukt in het cel-voltage! Het voltage is het voor het functioneren van de cellen het opgeslagen potentiaal.

Celademhaling

Elke levende cel in het lichaam heeft een membraanpotentiaal van -70 mV. Ook zenuwcellen hebben een membraanpotentiaal van -70mV. Dit membraanpotentiaal is gebaseerd op de verschillende diffusiesnelheden van Na+ (Natrium-ionen) naar binnen en K+ (Kalium-ionen) naar buiten van de cel.  De ‘natrium-kaliumpomp’ zorgt ervoor dat de natriumconcentratie in de cel lager is dan erbuiten, en de kaliumconcentratie juist hoger, dankzij deze concentratieverschillen is er in de rusttoestand een verschil in elektrische potentiaal aanwezig tussen de binnenkant en de buitenkant van de cel. De ‘natrium-kaliumpomp’ is verantwoordelijk voor het handhaven van deze concentratieverschillen.

Als er géén impuls over de zenuwcel gaat zijn de natrium- en de kaliumpoorten gesloten. Afhankelijk van de sterkte van de prikkel worden er op de sensorische zenuwen meer of minder natriumionen kanalen geopend. Als de prikkel voldoende sterk is worden er door het zintuigcel voldoende natriumionen kanalen geopend om de drempelwaarde van -50mV te halen. Is deze gehaald dan gaan direct alle andere natriumionen kanalen in dat stukje zenuwcel open. Door deze instroom van natrium veranderd de membraanpotentiaal lokaal van -70mV naar +20mV. Er gaat nu een elektrische spanning lopen. Als de impuls voorbij is moet de spanning op het membraan weer worden hersteld. Uiteindelijk moet +20mV weer -70mV worden!

Op +30 mV hebben de cellen zo weinig energie, dat ze kankerachtig worden!

4.1 Voltage afhankelijk van het zuurstofniveau

Het is belangrijk te begrijpen dat het cel-voltage en weefsels alsmede hun pH afhankelijk zijn van het zuurstofniveau. Naarmate het voltage in de cellen daalt, laten we zeggen van -20mV (milli-volt) tot nul mV (let op: hoe hoger het getal, des te lager het voltage), raken de levensprocessen aangetast. Hoe verder het zuurstofniveau dus daalt des te verder daalt het voltage in de cellen, terwijl de pH in het zure bereik belandt. Mensen ervaren dan vermoeidheid en chronische pijn.

Op een bepaald moment kan er zelfs géén zuurstof meer uit kooldioxide worden afgescheiden, omdat beide gassen in een hechte mathematische verhouding aan elkaar zijn gekoppeld. Ditzelfde geldt voor de pH en het voltage van de lichaamscellen. Naarmate het CO2-niveau samen met het O2-niveau omlaaggaat, daalt de pH net als het voltage van de cellen. En dan neemt de temperatuur van cel en kernlichaam eveneens af!

Stofwisselingsreacties die optreden bij onvoldoende zuurstof leiden tot zuurvergiftiging

4.2 Permanent zuurstofgebrek

Naarmate de voltage-, pH- en zuurstofniveaus dalen, boet het immuunsysteem in aan kracht, waardoor het aantal ziektewekkers in kracht toeneemt. Als het lichaam zuur wordt, daalt het voltage alsmede het zuurstofgehalte in de weefsels, waardoor een neerwaartse spiraal ontstaat naar permanent zuurstofgebrek wat leidt tot fermentatie in de cellen.

Zodra het zuurstofniveau daalt, treden er infecties op. De infecties beschadigen de cellen nog meer en brengen het zuurstof-, energie-, voltage-, en pH-niveau omlaag. Als het cel-voltage laag is en het zuurstofniveau afneemt, ontstaat in de darmen een toename van anaërobe [1] bacteriën die beginnen te dijen in de zuurstofarme omgeving! Op +30mV hebben de cellen zo weinig energie, dat ze kankerachtige verschijnselen vertonen.

 

 

[1] Aërobe of zuurstof verbrandende cellen halen 38 ATP per molecuul glucose; anaërobe of zuurstofloze cellen halen slechts 2 ATP per molecuul glucose. ATP = adenosinetrifosfaat dat in de celstofwisseling een sleutelrol vervult als drager van chemische energie.

5.0 Kooldioxide en pH-balans

Als onze ademhaling daalt, verandert ook ons cel-voltage en de pH-waarde; als de pH zuurder wordt! Onze ademhaling wordt in wezen dus beheerst door de zuurgraad van ons bloed! Als het kooldioxide-niveau stijgt wordt dit geregistreerd door de receptoren (zgn. chemoreceptoren, die constant toezicht houden op het CO2-gehalte in ons bloed), die vervolgens het ademhalingscentrum te kennen geven dat de ademsnelheid moet worden verhoogd.

Deze chemoreceptoren meten in werkelijkheid de pH van het bloed. Als ze een te lage pH opmerken, kunnen ze het ademhalingscentrum in de hersenen [Nieuwsbrief ‘Adembeheersing en de hersenen’ – deel I, 2020] het teken geven de ademhaling te verhogen, waarbij er meer CO2 (kooldioxide) uit het lichaam wordt verwijderd en de pH wordt verhoogd. Het lichaam reageert dus direct op deze dreiging door de lucht sneller te verversen (= versnelde ademhaling).

De positie van de zuurstofdissociatie-curve [1] wordt direct beïnvloed door pH, lichaamstemperatuur en kooldioxidedruk. Extra bicarbonaten en CO2, verhogen de –pH, waardoor de zuurstofdissocatieve-curve naar een gunstige kant verschuift. De meeste mensen lijden aan bicarbonatentekorten (zure toestand) en dit vertaalt zich direct in zuurstoftekorten in de cellen. Een hoger bicarbonaatniveau leidt tot meer zuurstof voor de cellen!

 

 

[1] Het Bohr-effect – de eigenschap van hemoglobine dat als de concentratie van kooldioxide in het bloed toeneemt, de afgifte van zuurstof aan cellen toeneemt – wordt samen met de afname van de pH en de stijging van de temperatuur in een zgn. zuurstofdissociatie-curve weergegeven.

6.0 Slot

De cellen in leven houden; licht!

Een volwassene consumeert in rust het equivalent van 250 ml zuivere zuurstof per minuut. Deze zuurstof wordt gebruikt om alle weefsels en organen in het lichaam van energie te voorzien. Het zuurstofniveau in het lichaam (bloedvaten en cellen) moet zeer sterk stijgen tijdens het doen van lichaamsoefeningen, vooral als die met stress gepaard gaan!

Van zuurstof voorzien bloed absorbeert licht van 660 nm (rood licht), terwijl zuurstofloos bloed bij voorkeur licht van 940 nm (infrarood) absorbeert. Het geheim van het doordringen van licht in de mitochondriën is innig verbonden met het zuurstof-, CO2-, en magnesiumniveau alsmede de beschikbaarheid van bicarbonaat. Om ook de weefsel optimaal van zuurstof te voor zien, moet het lichaam ook goed van water zijn voorzien. De meeste mensen drinken niet genoeg water en krijgen daardoor ook een zuurstofgebrek.

Naarmate het lichaam – uiteindelijk de cellen – steeds meer verzadigd raken met giftig afval, zware metalen en chemicaliën (voedseladditieven of farmaceutische middelen; medicijnen) wordt het zuurstoftransport steeds moeilijker. Als de cellen(celmembranen) met zo veel gif bedekt raken, krijgen ze ‘ademtekort’ en raakt de celademhaling (= gasuitwisseling) zwaar beschadigd. Als gewone menselijke cellen op die manier beschadigd zijn, muteren ze om in leven te blijven. Ze nemen daarvoor hun toevlucht tot fermentatie, omdat ze door het zuurstofgebrek niet voldoende ATP (adenosinetrifosfaat) produceren. Als ze dusdanig zijn aangetast, verliezen cellen al hun hogere functies.

Cellen willen in leven blijven, aangezien ons DNA en RNA ons lichaam hebben geprogrammeerd om ook in ongunstige omstandigheden te overleven. Zuurstof speelt niet alleen een voorname rol in de energiestofwisseling, neovascularisatie (nieuwgroei van de klein bloedvaten), fibroblastische proliferatie (groei, ontwikkeling en verspreiding van een cel of gezwel) en collageenafzetting (een lijmvormend eiwit dat een zeer belangrijk onderdeel vormt van het bindweefsel in het lichaam). Zuurstof is dus van wezenlijk belang voor het handhaven van de integriteit, functie en reparatie van de cellen vooral als er weefsels zijn beschadigd.

Onvoldoende zuurstof betekent onvoldoende biologische energie, wat kan leiden tot allerlei kwalen, van lichte vermoeidheid tot een levensbedreigende ziekte.

Hans Zevenboom

https://www.millennium-visie.org/site/nieuwsbrief/321-adembeheersing-genezing-met-zuurstof