Orgaandonatie en hersendood – column Hans Zevenboom

  1. Inleiding

Met de komst van de nieuwe Wet op Orgaandonatie (24 mei 1996) is iedereen automatisch orgaandonor geworden, tenzij je expliciet aangeeft dat je dit niet wilt. Aan deze nieuwe donorwet zijn jarenlange wervingscampagnes van de overheid voorafgegaan om donoren te werven en iets te doen aan het nijpende tekort aan organen in ons land. Met leuzen als: ‘Dat doe je toch’ of ‘Een leven redden, je hebt het in je’, is het morele appel en de sociale-maatschappelijke druk groot geworden. Maar wat we kennelijk niet mogen weten, is dat zelfs als jij je hebt laten registreren als orgaandonor, niet iedereen geschikt is om organen af te staan! Bijvoorbeeld bij een positieve uitslag voor HBsAg of HIV-antistoffen wordt de donor afgekeurd.

Maar ……… zijn we wel goed op de hoogte van de indringende implicaties die deze nieuwe Wet heeft op toekomstige orgaandonoren en hun nabestaanden? Volgens oud-cardioloog dr. Pim van Lommel hebben mensen door de beperkte informatie van de overheid en de medische wetenschap géén idee wat het inhoudt wanneer je je aanmeldt als donor of welke gevolgen het kan hebben voor het eigen stervensproces en voor de nabestaanden. De vraag over donorschap gaat namelijk over existentiële vragen; vragen die verband houden met het menselijke bestaan. Wat is leven? Wanneer leef ik nog? Wat is de dood en wanneer ben je ‘morsdood’? Om een bewuste keuze te kunnen maken over het donorschap is een antwoord op deze en volgende vragen onvermijdelijk.

Sinds de invoering van de Wet op Orgaandonatie lijkt het alsof we het cruciale gewetenspunt – ‘respect voor het natuurlijke stervensproces’ – al lang zijn gepasseerd? Bestaan er dan überhaupt nog weldenkende, gezond-kritische mensen – zgn. ‘wappies’ – die op basis van feiten en nieuwe informatie bereid zijn hun mening of wereldbeeld aan te passen? Vandaar mijn centrale vraag aan jou is: Vanuit welk perspectief wordt de dood bekeken? En, welk impact heeft het begrip ‘dood’ op je persoonlijk gevoelsleven en welzijn? Heb je ooit wel eens over de dood nagedacht?

Om toch uiteindelijk een bewuste, goed gefundeerde keuze – wel of niet toetreden tot de groep ‘bezwaar tegen orgaandonatie’ – te kunnen maken, is het raadzaam om orgaandonatie [2] en orgaantransplantatie ook eens vanuit het perspectief van de donor of vanuit een ander invalshoek te bekijken.

 

2.0 Hoe is de situatie in Nederland?

Functieverlies van de hersenen = ‘hersendood’

In de transplantatiegeneeskunde wordt uitgegaan van het hersendoodcriterium. Sindsdien is ‘hersendood’ gelijkgesteld aan dood; echt dood, morsdood! ‘Het is dood omdat wij vinden dat het dood is’, zo zei Erwin Kompagne, medisch ethicus aan het Erasmus MC het ooit. De medische wetenschap vindt dat iemand pas ‘hersendood’ wordt verklaard als een uitgebreid onderzoek duidelijk heeft gemaakt, dat hij niet meer reageert op prikkels en de hersenen ook géén elektrische activiteit en doorbloeding meer vertonen. Met andere woorden: de patiënt kan tijdens de orgaan-uitneem-operatie géén pijn meer voelen en heeft géén bewustzijn [2] meer, aldus hoogleraar J. Van Kleef van het LUMC.

Beademing tijdens een orgaan-uitneem-operatie?

In de Wet op Orgaandonatie wordt een hersendode, ‘een beademd stoffelijk overschot’, genoemd. Hersendood – ‘the invended death’ volgens deze wet – houdt in: ‘Het volledig en onherstelbaar verlies van de functies van de hersenen, inclusief de hersenstam en het verlengde ruggenmerg’. Alle hersenfuncties zijn volledig en onomkeerbaar verloren gegaan, hetgeen wordt veroorzaakt door het wegvallen van de bloedtoevoer (dus zuurstoftekort) naar de hersenen. Het kenmerk van hersendood, volgens R. Tieme Groen [voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesie], is nu juist dat allerlei prikkels zoals pijn, maar ook warmte en koude, geluid en licht niet meer tot de hersenen doordringen. Maar wat zegt het niet-functioneren van een orgaan of een ander lichaamsdeel over de vraag of er nog ‘leven’ schuilt in dat orgaan of lichaamsdeel?

Het tegenstrijdige in deze formulering van ‘hersendood’ is, dat het mogelijk is om met een kloppend hart (mbv. een hart-longmachine) tóch ‘dood-te-zijn’! Het hart klopt namelijk vanzelf zónder dat daar functionerende hersenen voor nodig zijn. Voor de ademhaling zijn wel functionerende hersenen nodig. Het eigen hart kan daarbij dood, functieloos of afwezig zijn, terwijl het individu levend is en een normaal bewustzijn heeft. Dus iemand die zonder beademing nog wel ‘zelf’ ademhaalt, kan niet ‘hersendood’ worden genoemd!

Opmerkelijk is dat de Nederlandse regering weigert tot nu toe om een norm voor ‘dood-zijn’ (een definitie van de dood) in een wet vast te leggen [1]. Iets waar de diverse kamer fracties nadrukkelijk om vragen. Misschien om de reden dat de overheid – de politieke leidersde materialistische visie van neurowetenschappers, psychiaters en filosofen stevig hebben omarmd en ervan overtuigd zijn dat het bewustzijn het product van de hersenen is zoals de meeste hersenwetenschappers ons doen laten geloven. Ze nemen aan dat de ‘geest’ niet meer is dan een illusie die voortkomt uit de werkzaamheid van de hersenen. Het idee dat alle subjectieve gevoelens en gedachten niets anders zijn dan het gevolg van de werking van de hersenen betekent dat er géén sprake meer is van een vrije wil. In dát geval ben je niets anders dan een robot; een zielloos organisme! De Nederlandse regering probeert daarom in deze precaire situatie alleen maar het vertrouwen op te krikken door procedures voor te schrijven (bijv. dat doodverklarende artsen niet betrokken mogen zijn bij de orgaanverwijdering) en de kernvraag ‘Is iemand wel helemaal dood als alléén de hersenen het niet meer doen?’ proberen te omzeilen en blijven weigeren om deze essentiële levensvraag te beantwoorden.

Het criterium hersendood – functieverlies van de hersenen – kan naar mijn persoonlijke mening dan ook als één van de grootste medische misvattingen worden betiteld. Het heeft niets met de oorspronkelijke doelstelling van geneeskunde [1] te maken.

Hersendood is voor de medische wereld min of meer kunstmatig begrip geworden wat tot doel heeft om orgaandonatie te ‘legaliseren’’.

3.0 Wanneer is nu iemand echt ‘dood’?

Is iemand wel echt dood als ‘alleen’ de hersenen niet meer functioneren?’
‘Is de hersendood hetzelfde als de gewone dood?’

Bij donoren die zijn overleden na bijvoorbeeld een hartstilstand is de bloedsomloop en ook de ademhaling gestopt. Artsen noemen dit ‘overlijden na een circulatiestop’; circulatiestilstand! De hersenen het meest kwetsbare orgaan – sterven na de circulatiestilstand het eerste af door zuurstoftekort. Over het algemeen wordt aangenomen dat als de circulatiestilstand langer dan tien tot dertig minuten duurt, de dood van alle vitale organen zeker is en uiteraard desastreuze gevolgen heeft voor orgaandonatie!

‘Wettelijk zijn deze mensen ‘dood’, maar 97% van het lichaam leeft nog’.

Orgaandonatie vindt plaats nádat de laatste adem is uitgeblazen. Dan wordt er in Nederland een vijf minuten no-touch aangehouden, omdat dàt volgens het Modelprotocol Postmortale Orgaan- en Weefseldonatie garandeert (!) dat je ‘hersendood’ bent. Na vijf minuten no-touch wordt bij aankomst in de OK (Operatiekamer) de bloedcirculatie weer hersteld. Daartoe wordt de donor binnen 10 minuten aangesloten aan een hart-longmachine of extra-corporale-membraam-oxygenatie (ECMO). Echter de doorstroming naar de hersenen wordt zo goed mogelijk afgesloten door bijvoorbeeld ballonnetjes (Canules) in de slagaderen (halsgebied of ter hoogte van het sleutelbeen) te plaatsen. Indien de afsluiting niet volkomen is, sijpelt er zuurstofrijk bloed naar de hersenen wat enorme gevolgen voor de donor heeft. De hersenen kunnen dan niet langzaam afsterven!

Hersendood is niet altijd dodelijk’

Bij een volwassene met een normale lichaamstemperatuur zijn binnen circa vijf tot vijftien minuten de hersenen als geheel volledig geïnfarceerd, en dus afgestorven. Dit wordt het functioneel falen van het orgaan hersenen, ook wel natuurlijke hersendood’ genoemd, ofsecundaire hersendood’. ‘Natuurlijk’ omdat de toestand ontstaat zónder medisch ingrijpen, ‘secundair’ omdat het afsterven van de hersenen het gevolg is van de circulatiestilstand. Het is dus de orgaandood van de hersenen die van het grootste belang is bij de doodbepaling.

Ger Lodewick: Geen enkele orgaandonor is overleden want dan zouden de organen niet meer bruikbaar zijn voor transplantatiedoeleinden. Zelfs de Reclame Code Commissie heeft die terminologie afgewezen

4.0 Het fundamentele probleem van orgaandonatie

Nooit met 100% zekerheid’

Het fundamentele probleem van orgaandonatie is, dat je géén organen kunt transplanteren van een ‘echte’ dode; iemand die morsdood is, lijkkoud (ná 12 uur!), lijkstijf en lijkvlekken vertoont. Vandaar de ontelbare pogingen om ‘dood’ opnieuw te definiëren om transplantatie tóch mogelijk te maken. Naast het feit dat er veel persoonlijke, filosofische en religieuze redenen zijn om van orgaandonatie af te zien, is er namelijk ook veel onduidelijkheid over de relatie tussen hersenen en ‘bewustzijn’ is of wat ‘bewustzijn’ nu betekent?

Is er nog sprake van bewustzijn wanneer iemand definitief is overleden en het lichaam is koud? Wat gebeurt er tijdens het stervensproces met ons bewustzijn?

Maar wat houdt het begrip ‘bewustzijn’ volgens de medische wetenschap in? Welke wetenschappelijke verklaringen en ideeën bestaan er over de relatie tussen hersenen en bewustzijn, en waar én hoe zou het bewustzijn in de hersenen gelokaliseerd kunnen worden? Een andere vraag is, hoe een niet-materiële activiteit als gedachten of denken kan corresponderen met een zichtbare reactie in de vorm van meetbare elektrische, magnetische en chemische activiteit op een bepaalde plaats in de hersenen. Deze activiteiten zijn te meten m.b.v. een EEG, een MEG (een magneto-encefalogram) en een fMRI. Volgens huidig wetenschappelijke inzicht zou onherstelbaar verlies van hersenfunctie alléén kunnen ontstaan bij een afname van de bloedtoevoer in de hersenen tot minder dan 20% dan normaal.

In Nederland is het EEG – hersenfilmpje, waarmee kan worden gezien of er nog elektrische activiteit in de hersenen is – niet meer verplicht! Het EEG meet slechts 10% van de werking van de hersenschors. Indien het EEG niet wordt toegepast dan wordt de doorbloeding in de hersenen gemeten; een Transcranieel Doppleronderzoek (TCD). Deze meting meet nóg minder hersenactiviteit dan het EEG! De meting van de doorbloeding meet géén verschil tussen ‘geen doorbloeding’ of ‘minimale doorbloeding’. Als die test negatief is, kan het zijn dat de hersenen in een zogenaamde winterslaap staan (Ischemic penumbra). Alleen met een zogenaamde PET-scan kan bewustzijn van een patiënt worden aangetoond! Het blijkt – hoe dan ook -, dat mensen een bewustzijn of een energie-impuls of -trilling kunnen ervaren óók als de hersenen niet meer functioneren! Met andere woorden een hersendode patiënt is dus niet dood; het lichaam is weliswaar verbonden aan een beademingsmachine, maar heeft wel degelijk een hartslag, een bloedsomloop en een stofwisseling zoals het produceren van urine. Tijdens de uitneem-operatie ligt de hersendode patiënt op zijn rug in de operatiekamer en tilt geheel onverwachts zijn armen een centimeter of 25 omhoog, waarna hij ze boven de borst kruist. Zelfs loopbewegingen op de operatietafel – met knieën en heupen – behoren tot de mogelijkheid (zgn. Lazarusreflexen). Dit geeft alleen maar aan dat de hersendood verklaarde patiënt noch leeft.

5.0 Een niet-materialistische visie op bewustzijn

Bewustzijn zelfs buiten het fysieke lichaam?

De laatste jaren neemt de belangstelling voor niet-materialistische hersenwetenschap toe. Vooraanstaande neurologen zeggen nú, dat de hersenen eerder een gecompliceerd organisme zijn voor het registreren en kanaliseren van bewustzijn, dan voor de productie ervan! Maar men gaat steeds meer beseffen, dat ons lichaam reageert met een complex arsenaal van veranderingen op alles wat we denken en voelen. Een aantal onderzoeken duidt er zelfs op, dat ons bewustzijn een elektromagnetische grondslag heeft; bewustzijn is namelijk energie zo heeft men ontdekt! Uit deze onderzoeken kwam ook naar voren, dat ons bewustzijn mogelijk een elektromagnetisch energieveld (of aura-energieveld) is. ‘Het elektromagnetisch veld van de hersenen zorgt voor de verbindingen die kenmerkend zijn voor het bewustzijn, dat onze handelingen beïnvloedt en onze vrije wil manifesteert’, aldus professor Johnjoe McFadden. Om nog een stapje verder te gaan, heeft neurobioloog Sue Pockett aangevoerd dat het elektromagnetisch veld van de hersenen hét bewustzijn is!

Mijn vraag is nu of ‘Het elektromagnetisch energieveld alléén maar de hersenen omvat en niet het hele fysieke lichaam?Zijn er dan meerdere energievelden die de mens – het fysieke lichaam – ter beschikking staan? Zijn er meerdere bewustzijnscentra of chakra-centra waarneembaar in het menselijk energieveld in en rondom het fysieke lichaam? Ons elektromagnetisch energieveld of aura reikt toch veel verder dan alleen maar rondom onze hersenen? Wij, als energiewezens, zijn toch veel meer dan onze breinmassa?

Andere academici, zoals Pim van Lommel en de Amerikaanse neurochirurg Eben Alexander, menen dat ons bewustzijn, onze geest, niet zozeer gevestigd is in de hersenen (in de hersenstam), maar dat er sprake is van een complexere dimensie en onze hersenen ‘slechts’ het medium zijn waarmee we signalen opvangen. Dit zou betekenen dat ons bewustzijn – het zgn. non-lokale bewustzijn of eindeloos- of hoger bewustzijn, onze ziel het sterven van ons lichaam kan overleven.

6.0 Millennium-visie en bewustzijn

Wij zijn ons brein’,Bewustzijn huist in de hersenstam’.
Hypothese: bewustzijn is een product van de hersenen is ………. ongegrond!

Kan de huidige wetenschap en filosofie het verschijnsel bewustzijn, de bron van denken, voelen en willen, begrijpen en verklaren? Blijkbaar niet; neen dus! We kunnen ons daarom niet zo maar neerleggen bij zo’n onzinnige, materialistische theorie zoals in veel wetenschappelijke literatuur wordt beschreven, want het ware leven – het levensproces – komt niet voort uit materie. Materie komt voort uit het leven. Dat is géén theorie, maar een feit.

Een nieuw bewustzijnsparadigma nodig!

Bewustzijn kan gezien worden als potentiële energie en potentiële materie.
Wanneer bewustzijn in beweging komt, ontstaat er energie. Wanneer energie zich samenbalt, ontstaat er materie. Bewustzijn in beweging – in trilling, in vibratie – is dus ENERGIE! Alles is dus in feite energie!
Dat mensen een bewustzijn kunnen ervaren ook als de hersenen niet meer functioneren is géén hypothese maar een feit. We horen voor eens en altijd te beseffen dat we niet een ziel-geest-lichaam systeem hebben, maar dat we ons ziel-geest-lichaam systeem zijn. Een uitstralende, fluctuerende energiebol. Wij zijn ons Zelf en zijn lichtwezens! Wij zijn goddelijke energiewezens!

7.0 Alles is bezield

Je bent een drieledig wezen. Je zou dit ook het fysieke, het non-fysieke en het metafysische kunnen noemen. Psychiaters spreken over het bewuste, onderbewuste en super-bewuste; het id, het ego en het superego. De basis-drieënheden of drie-zelven, zoals de oude Kahuna’s het ons al vroeg vertelden.

Je bent een drieledig wezen. Je bestaat uit een lichaam (onbewuste of lichaamsbewustzijn of moleculair bewustzijn), verstand (ook wel geest/ bewuste/ ego of geestbewustzijn of gedachtevorm-bewustzijn genoemd), en zuivere ‘geest’ (ook wel ziel/ super of hoger bewuste of ziele-zelfbewustzijn, hoger-bewustzijn, vrij-bewustzijn of eindeloos bewustzijn genoemd). Al deze drie aspecten zijn in feite drie energieën; drie (hoofd)energievormen! Je zou ze ook gedachte, woord en actie (daad, handelen) kunnen noemen. Hoe dan ook samengevoegd produceren ze een resultaat dat binnen jouw taal en begrip een gevoel of een ervaring wordt genoemd.
Wij zijn én vormen dus uiteindelijk allemaal een ‘doorleefd eigen’ bewustzijn; het (totaal) menselijk bewustzijn of eenheidsbewustzijn, ons ‘uitgebreid’ eindeloos bewustzijn. Ons individueel eenheidsbewustzijn wordt tot uitdrukking gebracht – voelbaar, ‘leesbaar’ en zichtbaar (‘uitstraling’) – in het (menselijk) elektromagnetisch energieveld ofwel het aura-(energie)veld.
Onze
aura (een ruimtelijk, fluctuerend driedimensionale energie-netwerkstructuur) wordt dan ook geformeerd uit de drie (hoofd)bewustzijnsvormen, energievormen of –componenten (bestandsdelen, elementen), te weten: zielsbewustzijn, geestbewustzijn en lichaamsbewustzijn. Onze aura kan je dus voorstellen als het ‘verlengde’ van het geest- (gedachte-energie) én lichaamsbewustzijn, dat te gelijker tijd omhult én doordrongen wordt van het zielsbewustzijn. Onze aura stelt dus het éénheidsbewustzijn van gemengde, gestructureerde energiepatronen of -fluctuerende energievormen voor; een hologram!

Een holografisch bewustzijn; een holografisch energieveld; een non-lokale veld’.

Het menselijk bewustzijn of eenheidsbewustzijn is dus een ‘gebundeld, holografisch energiepakket’ – van het individu dat jij bent – dat permanent in beweging is. Het menselijk energieveld is niets anders dan een hologram; géén energieveld dat opgebouwd is uit consistente energielagen of -vormen; géén ui-constructie, géén lagen of lichamen! Niets van dat alles. Het menselijk bewustzijn leidt tot een persoonsgebonden (‘eigen’) trillingsfrequentie of een trillingsgetal, dat zich kenbaar maakt in het (‘persoonlijk’) elektromagnetisch energieveld of aura-veld.

Dit wetende, wat voor fysieke en/ of etherische consequentie(s) zou een ‘orgaan-uitneem-operatie’ uiteindelijk hebben voor het menselijk- of eenheidsbewustzijn; voor de ‘hersendood’ verklaarde orgaandonor zelf?

8.0 Millennium-Visie en orgaandonatie ‘vanuit de ziel belicht’

Alles is bezield; mensen, planten en dieren!

De mens is een bezield, goddelijke wezen en zolang zijn lichaam leeft, is het bezield! De ziel, die een lichtheid en een vrijheid kent – zeker in het hiernamaals – verlangt naar haar ware oorspronkelijke toestand. De ziel is vrede en vreugde. Ze is onbeperkt en pijnloos; volmaakte wijsheid en volmaakte liefde. Ze is al die dingen en nog veel meer. De ziel zal ten gevolge van haar goddelijkheid dan ook ten alle tijden terugkeren naar het Hemelrijk; naar de Onvoorwaardelijke Liefde van God. In de boeken van Neale D. Walsch vertelt God over de ‘reis – de hereniging – van de ziel naar het Absolute’ én dat iedere ziel (merk op, het verschil tussen een ziel en een geest) deze Her-eniging zal ervaren. Ook de ziel van Hitler, zo vertelt God in de boeken van Neale D. Walsch, is teruggekeerd naar het Goddelijk Licht! Dus ook jouw ziel zal ongeacht je positieve of negatieve, ‘slechte of goede’ levenservaringen terugkeren naar het Hemelrijk, alwaar de ziel als een samengestelde energieklont al haar levenservaringen opnieuw kan overzien en herbeleven, indien zij dát wenst!

Onze ziel en emoties reageren op prikkels van organen. Ons lichaam draagt dus ervaringen met zich mee en heeft zo zijn eigen geheugen.

Het sterfproces – het ontbindingsproces – is een gebeuren dat bij de één meer tijd in beslag neemt dan bij de ander, variërend van enkele minuten tot een aantal dagen. ‘Het uiteindelijke kritieke kantelpunt ligt ergens rond de 72 uur’. Dit komt omdat de verweven- en verbondenheid – een direct gevolg van het fluïdum koord (energetische ‘navelstreng’) – tussen ziel, geest en lichaam enorm groot is. Zelfs bij de laatste ademuitblazing is alle mogelijk denkbare informatie (gedachten, gevoelens, stemmingen, intelligentie, belangstelling, ideeën en behoeftes e.d.) van ieder orgaan tot elke lichaamscel nog volledig aanwezig in het fysieke lichaam! Op zo’n stervensmoment wordt gedurende een langere periode/ tijd alle ziele-, geestes- en lichaamsinformatie via het energetische koord overgeheveld naar een hogere dimensie (Hemelrijk of het Absolute) om aldaar een nieuwe energievorm of -klont te formeren; aan te nemen. ‘Je bent een vormveranderaar in alle dimensies’.
Je kunt je dit ‘transitie- of omzettingsproces’ een beetje voorstellen als het downloaden van alle beschikbare informatie op een harde schijf.
De te downloaden informatie van het samengestelde bewustzijn van de geest én lichaam heeft tijd nodig om het fysieke lichaam definitief te verlaten, omdat de ziel al haar herinneringen die verbonden zijn aan haar levenservaringen hier op aarde en haar uniek aard tijdelijk opslaat in het fysieke lichaam!

Op het moment dat ’downloaden’ volledig heeft plaatsgevonden (‘het downloadproces kost nl. enig tijd’), dan pas kan de ziel (je hoger of innerlijke Zelf) zich definitief onthechten van het lichaam. Wanneer onze ziel – het zielsbewustzijn – én het geestbewustzijn én het lichaamsbewustzijn (ons eenheidsbewustzijn) definitief het lichaam heeft verlaten, mogen we spreken van een stoffelijk overschot of van biologische dood – een ‘lijk’, datgene wat als stof overblijft – spreken. Dat sterfproces – het integraal ‘downloaden’ – kan in principe variëren van enkele minuten tot enkele dagen. Eén en ander heeft met de bereidheid en ‘acceptatiegraad’ van het stervensproces van de donor te maken.
Maar het ontbindings- of sterfproces is tegelijkertijd óók de periode waarin de ziel nog steeds rond het fysieke lichaam kan blijven ‘zweven’; polshoogte kan nemen over de gang van zaken door bijvoorbeeld ‘contact te zoeken met achtergebleven geliefden’. Het is namelijk een uitdrukkelijke eigen wens van de ziel om kort of langdurig verbonden te zijn met het fysieke lichaam tijdens het stervensproces. V
ia getuigenissen van mensen met een bijna dood ervaring (BDE) weten we dat de ziel vaak nog een poosje in de nabijheid van het lichaam blijft vóórdat het naar het Licht gaat.

Levensverkorting? De overgang naar het onstoffelijke lichaam is mislukt?

Dit langzaam voortschrijdend sterven- of ontbindingsproces houdt in dat de ‘gewenste’ donororganen niet zomaar uit het lichaam kunnen worden ‘ontvreemd’; kunnen worden verwijderd middels een uitneemoperatie zonder dat directe consequenties voor de ziel (het hoger, vrije bewustzijn) van de donor heeft. Als de donor ’hersendood’ is verklaard, dan is zij – etherisch gezien – nog steeds met jouw fysieke verschijnsel verbonden, omdat je simpelweg nog lééft! Het etherisch of astraal lichaam (‘reizend energielichaam’) kan niet voor de volle 100% functioneren als er vroegtijdig medisch wordt ingegrepen, want de zielskwaliteit of -eenheid in het Hemelrijk wordt bepaald door de aan- of afwezigheid van opeenstapelingen van ziels-gebonden energievormen – bijvoorbeeld de aan- of afwezigheid van bijvoorbeeld lever-, nier-, hartenergie/ -bewustzijn. Dit gemis kan funest of heilloos voor de zielskwaliteit zijn. De ziel(s)kwaliteit) is als het ware ‘iets’ kwijt en haar informatiestroom is niet compleet; ‘de computer geeft automatisch aan dat het downloaden is mislukt’.
Er bestaat op moment suprême nog steeds een zielsverstrengeling – een verbondenheid – met het fysieke lichaam, omdat er nog een stukje energiegeschiedenis van het lichaam en geest aanwezig is en dus er ontbreekt ‘iets’ voor de vervolmaking van de zielskwaliteit! Bijvoorbeeld de moleculaire energie van een hart een long, een nier, een milt, etc. etc. ontbreekt, maar óók de bijbehorende gedachten, herinneringen, gevoelens, e.d. (= geestbewustzijn) van het desbetreffende orgaan. De ziel-, geest- en lichaamsenergie die uiteindelijk tot één energieklont (de ultieme vereniging) wordt geformeerd in het Hemelrijk, wordt in zo’n situatie gestagneerd. De gewenste ‘vormverandering tot een goddelijke, samengestelde energieklont is formeel stop gezet’, zo lijkt het. De ziel gaat in zo’n geval twijfelen ‘wat te doen’ en zal gedurende een nog langere periode (ongewenst) verbonden blijven met de aarde. Zolang het fysieke hart klopt kan de ziel zich niet volledig terugtrekken in de geestelijke onstoffelijke wereld en al haar samengestelde zielsenergie of -eenheid aldaar verzamelen en omvormen tot één energieklont. Want een deel van haar zielseenheid – informatie – is nog steeds in het lichaam van de ontvanger van het donororgaan aanwezig!

De dood is een gelukkige ervaring voor de ziel die dát wenst.

9.0 Orgaandonatie?

Actieve donorregistratie’= hersenspoeling’

Steeds meer mensen voelen in deze tijd op één of andere manier een zekere druk als bijvoorbeeld gaat om donorregistratie, want we zijn het bijna vergeten maar op 1 juli 2020 is het Actief Donorregistratiesysteem (ADR) – de nieuwe donorwet – van kracht. Aan deze nieuwe donorwet zijn jarenlange wervingscampagnes van de overheid voorafgegaan om donoren te werven en iets te doen aan het nijpende tekort aan organen in ons land. Eén ding is nu zo langzamerhand wel zeker: hoe men ook over orgaandonatie en -transplantatie denkt transplantatiegeneeskunde heeft een stevige plek verworven in onze moderne wereld én het is een illusie te denken dat deze verdwijnt! Maar nieuwe ontwikkelingen omtrent orgaandonatie blijven gevoelige kwesties en kunnen zelfs meer dan aanstootgevend zijn. Bijvoorbeeld de gedachte (‘een goede methode om bewustwording over dit thema op gang te brengen’, aldus UMCG-onderzoeker Marion Siebelink) om kinderen vanaf 10 jaar, groep 7 van de basisschool, een lesmodule over orgaan- en weefseldonatie voor te schotelen. ‘De kinderen alvast klaarstomen voor een toekomstige donorregistratie’. Dit lijkt me veel te ver gaan. Het komt bij mij over als een ongewenste vorm van indoctrinatie en hersenspoeling. Indoctrinatie is een vorm van manipulatie door het systematische en eenzijdig onderwijzen van aanvechtbare overtuigingen of opvattingen met de bedoeling dat deze kritiekloos worden aanvaard! ‘Hersenspoeling’ is een methode waarbij bij een persoon de oude gedachte- en ideeënpatronen, inclusief zijn normen-en-waardenstelsel, worden uitgewist en vervangen door nieuwe (“her-programmeren”). Walgelijk, afstotend en weerzinwekkend! Als je kinderen of jongvolwassen toch iets waardevols wilt onderwijzen, stel hen dan in het geval van orgaandonatie óók deze vragen: Ben je bereid je organen af te staan ook als je zeker weet dat je nog leeft, maar wel ‘hersendood’ bent verklaard, omdat je lichaam (lees hersenen) niet meer reageert op bepaalde prikkels? Ben je bereid om je dan zónder narcose open te laten snijden, terwijl de kans groot is dat je alles voelt en je vóór de operatie wellicht nog bij had kunnen komen?’ Ben je bereid één of meerdere organen af te staan ook al weet je dat je in werkelijkheid niet ‘hersendood’ bent, maar leeft?

Of de nog veel complexer vragen: ‘Wat zal de ziel gaan ondernemen indien er stagnatie in het herenigingsproces ontstaat? Zal de ziel oneindig blijven wachten?’ Wat is het verschil tussen een ziel en een geest? Heeft iedereen een ziel? Zal de ziel jaar in, jaar uit blijven wachten ondanks het feit dat de ziel verlangt naar Hereniging met het Absolute, de Onvoorwaardelijke Liefde van God. Wordt de Hereniging dan langdurig uitgesteld? Vindt er een gedeeltelijke Hereniging plaats?
Helaas moet ik je een ‘
wetenschappelijk’ antwoord op deze vragen schuldig blijven, maar ik kan wel gevoelsmatige, mogelijke benadering – mijn waarheid – weergeven. De ziel is een vormveranderaar en zal de wens vertegenwoordigen dat zij zo compleet mogelijk – alle mogelijke energieën in de vormen van alle gedachten, herinneringen, gevoelens te samen – haar verdere reis naar het Hemelrijk wil vervolgen en aldaar haar levenservaringen als één volmaakte energieklont objectief opnieuw gaan ‘her-beleven’.


‘Niemand mag schade worden berokkend, zelfs niet als daar voor anderen iets goeds uit zou komen’. [Edmund D. Pellegrino, hoogleraar Medicijnen en Medische Ethiek]

10.0 Zingevingsvragen

Het begrip hersendood roept veel vragen op. Is iemand wel echt dood als ‘alleen’ de hersenen niet meer functioneren? Het medische antwoord hierop is ‘ja’, maar een eenduidig spiritueel, religieus of filosofisch antwoord is op deze vraag niet te geven. Dat hangt helemaal af van hoe jij in het leven staat!
Het gaat er niet om wie gelijk heeft. Dit is géén discussie over wie gelijk heeft of wie er nu gelijk heeft, maar veel eerder over constatering van zorgelijke feiten; het herkennen van medische misvattingen (het chemisch-farmaceutisch denkmodel) en ‘oude’ bestaande, (spirituele) overtuigingen.
Wel is het van belang dat jij voor jezelf een waarheid vaststelt om te begrijpen wat je als orgaandonor moet doorstaan bij een toekomstige ‘orgaan-uitneem-operatie’.

Vragen om bij orgaandonatie over na te denken

  • Hoe dood moet je zijn om orgaandonor te worden?
  • Kan een hersendode pijn voelen tijdens het verwijderen van organen? Hij of zij is toch immers dood?
  • Betekent hersendood dan niet echt dood? Is hersendood een diagnose of een prognose?
  • Hoe kan het zijn dat mensen die hersendood zijn, soms op de operatietafel nog onverwachtse bewegingen (zgn. Lazarus-effect) kunnen vertonen?
  • Waarom krijgt iemand die hersendood verklaard is narcose tijdens de uitneem-operatie? Dat is toch niet nodig als je geen pijn meer kunt voelen?
  • Neemt de chirurg meer uit dan alleen het gewenste orgaan?
  • Blijft er bloed van de donor in de organen aanwezig?
  • Kies zelf met gebruikmaking van alle mogelijke informatie die je ter beschikking staat en laat je niet misleiden door goed geoliede marketingcampagnes van de overheid en de medische geschoolde lobbyisten.

Het besef dat we ooit doodgaan leidt vroeg of laat tot zingevingsvragen: Waarom ben ik hier? Wat is het nut van mijn bestaan? Bij veel mensen komen die pas op latere leeftijd, of na een ingrijpende levensgebeurtenis. Jezelf deze vragen al jong stellen, heeft als grootste voordeel dat er nog veel valt bij te sturen in je bestaande overtuigingen. De kunst zit hem daarbij in het aanvaarden van de onvermijdelijkheid van de dood, en toch – of misschien wel juist – met enthousiasme keuzes durven maken en te leven vanuit je eigen overtuigingen, normen en waarden dat de dood een verlenging is van het bestaande leven op aarde.

Hans Zevenboom

Het is verstandig om de hele Nieuwsbrief met 35 pagina’s aan tekst aandachtig te lezen c.q. te bestuderen om nadien mogelijk tot een definitief, gefundeerd en eventueel herziend besluit, m.b.t. orgaandonatie en orgaantransplantatie, te komen. Mocht het zo zijn dat je vragen, opmerkingen hebt of je gedachte over dit gevoelige onderwerp wilt delen, dan kun je dit doen via info@millennium-visie.org

Link complete Nieuwsbrief op de website: https://www.millennium-visie.org/site/nieuwsbrief/354-orgaandonatie-en-hersendood