Is er een verband tussen levenslange blootstelling aan lood en dementie?

Tot grote verrassing van de medische wereld lijkt er volgens onderzoek uit de VS, Canada en Europa een veelbelovende neergaande trend te zijn in incidentie en prevalentie van dementie. Belangrijke risicofactoren voor dementie, zoals mid-life diabetes, zijn snel gestegen, dus de achteruitgang van dementie incidentie is op z’n minst opvallend.

Een nieuwe hypothese van prof. Esme Fuller-Thomson van de universiteit van Toronto, kortgeleden gepubliceerd in het Journal of Alzheimer’s Disease, suggereert dat de dalende dementie aantallen het resultaat zouden kunnen zijn van generatieve verschillen in levenslange blootstelling aan lood. UvT farmacie student ZhiDi (Judy) Deng was co-auteur van het artikel.

“Terwijl de negatieve invloed van blootstelling aan lood op het IQ van kinderen welbekend is, werd minder aandacht besteed aan het cumulatieve effect van levenslange blootstelling op cognitie en dementie van oudere volwassenen,” zegt Fuller-Thomson, directeur van het Institute of Life Course and Aging en professor aan de Factor-Inwentash Faculty of Social Work. “Gezien de eerdere niveaus van blootstelling aan lood, zijn we ervan overtuigd dat verder onderzoek naar deze hypothese gerechtvaardigd is.”

Benzine met lood was een alomtegenwoordige bron van luchtvervuiling tussen de jaren 1920-1970. Toen het begin 1973 geleidelijk uitgefaseerd werd, doken de loodgehaltes in het bloed van de burgers naar beneden. Onderzoek uit de jaren 1990 toont aan dat Amerikanen geboren voor 1925 ongeveer twee maal levenslang blootgesteld waren aan lood t.o.v. degenen die tussen 1936 en 1945 geboren werden.

“Toen ik in 1976 nog een kind was waren de loodgehaltes 15 keer hoger dan vandaag de dag,” zegt Fuller-Thomson, tevens verbonden aan de U of T’s Faculty of Medicine. “Toen had 88% van ons een loodgehalte in ons bloed boven de 10 microgram per deciliter. Om dit getal in perspectief te brengen: tijdens de Flint Michigan water crisis in 2014, had 1% van de kinderen een loodgehalte in het bloed boven de 10 microgram per deciliter.”

Lood is een bekende neurotoxine die de bloed-hersenbarriere passeert. Dierproeven en onderzoeken met mensen die beroepsmatig blootgesteld werden aan lood suggereren een link tussen loodblootstelling en dementie. Andere studies hebben aangetoond dat er een hogere incidentie van dementie is onder oudere volwassenen die dichter bij snelwegen wonen en bij diegenen met een grotere blootstelling aan verkeersgerelateerde vervuiling.

Fuller-Thomson en Deng zijn vooral geinteresseerd in een potentieel verband tussen levenslange loodblootstelling en een recent vastgestelde vorm van dementie: Limbic-predominant Age-related TDP-43 Encephalopathy (LATE), waarbij de pathologische kenmerken vastgesteld werden bij 20% van de dementiepatienten ouder dan 80 jaar.

Andere plausibele verklaringen voor de verbeterde trends in dementie incidentie zijn o.a. hogere niveaus van educatieve verworvenheid, verminderde rookgewoonten en de huidige verbeterde controle op hypertensie onder oudere volwassen vergeleken met eerdere generaties. Maar zelfs al zijn deze factoren statistisch verantwoord, vele studies ontdekken nog steeds gevallen van een teruggang in dementie.

De auteurs stellen voor dat de volgende stappen om de validiteit van deze hypothese te beoordelen zouden kunnen zijn: het vergelijken van beoordelingen van loodgehaltes in het bloed uit de jaren 1990 met huidige Medicare documenten; beoordelen van loodgehaltes in tand- en scheenbeen (maatgevend voor levenslange blootstelling, na autopsie van hersenen op dementie) en onderzoek naar de associatie tussen bepaalde genvarianten in verband met hogere loodopname en gevallen van dementie.

“Als vastgesteld wordt dat levenslange blootstelling aan lood een grote bijdrage levert aan dementie, kunnen we verdergaande verbeteringen verwachten bij de incidentie van dementie voor vele tientallen jaren meer, omdat elke opvolgende generatie minder jaren had van blootstelling aan de neurotoxine,” zeg Deng.

Vertaling: Ellen Lam