Darmflora voorspeller van diabetes type 2

Een studie uitgevoerd door onderzoekers van het Institute of Genomics, University of Tartu, onthulde dat het menselijke darmmicrobioom kan worden gebruikt om veranderingen in type 2 diabetesgerelateerde glucoseregulatie tot vier jaar vooruit te voorspellen.

Type 2-diabetes is een stofwisselingsziekte die wordt gekenmerkt door verhoogde bloedglucosespiegels die elk jaar bijdragen tot miljoenen sterfgevallen wereldwijd en de prevalentie ervan neemt snel toe. Diabetes type 2 wordt voorafgegaan door “prediabetes” – een aandoening waarbij de glucosespiegels beginnen te stijgen, maar de progressie van de ziekte kan dan nog steeds worden gestopt en omgekeerd. Daarom is vroege detectie van de ziekteprogressie noodzakelijk en eerder onderzoek suggereert dat het darmmicrobioom voor dat doel zou kunnen gebruikt worden, zei Elin Org, eindauteur van het artikel en universitair hoofddocent in genomics en microbiomics.

Deze studie was bedoeld om te beoordelen of het darmmicrobioom kan worden gebruikt om veranderingen in metabole parameters zoals plasma-insuline en glucosespiegels in vroege stadia van de ziekte te voorspellen. “Dit is één van de eerste onderzoeken die de rol van het darmmicrobioom bij diabetes type 2 in de loop van de tijd beoordelen”, zegt Oliver Aasmets, hoofdauteur van het artikel.

De resultaten toonden aan dat het darmmicrobioom veranderingen in glucoseregulatie kan voorspellen, voornamelijk gerelateerd aan insulinespiegels en insulinesecretie. “Dankzij onze onderzoeksopzet konden we voorspellingen vergelijken die anderhalf en vier jaar vooruit waren gedaan en significante verschillen lieten zien, wat input gaf voor verder onnderzoek”, aldus Aasmets. Bovendien liet de studie zien welke microben het meest bruikbaar zijn om veranderingen in de metabole parameters te voorspellen.

“Het gebruik van het darmmicrobioom als risicofactor voor het voorspellen van verschillende ziekten is een veelbelovend onderzoeksgebied, maar verdere studies onder verschillende populaties en grotere steekproeven zijn nodig om de resultaten te valideren en de voorspellingsmodellen verder te ontwikkelen”, aldus Org.

Vertaling: Andre Teirlinck