Vroege mondzorg essentieel voor voorkomen schade gebit kinderen

Uit het onderzoek van UMCG, TNO en de Erasmus Universiteit is gebleken dat kinderen die vanaf de doorbraak van hun eerste tandje naar de tandarts of mondhygiënist worden verwezen, op 5-jarige leeftijd minder beginnende gaatjes hebben dan kinderen die later voor het eerst mondzorg krijgen. Dit onderzoek is uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) nadat bekend werd dat 41 procent van de 5-jarige kinderen al gaatjes had en velen van hen pas later een tandarts of mondhygiënist bezochten.

Het is belangrijk om op jonge leeftijd te beginnen met goede mondzorg, omdat het gebit van kinderen in die fase nog volop in ontwikkeling is. Door vroeg naar de tandarts of mondhygiënist te gaan, kunnen problemen in een vroeg stadium worden opgespoord en behandeld. Dit kan helpen om tandbederf en andere mondgezondheidsproblemen te voorkomen.

In Nederland wordt tandheelkundige zorg voor kinderen tot 18 jaar vergoed vanuit de basisverzekering en is het voor kinderen gratis. Het ministerie van VWS heeft ZonMw, de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie, gevraagd om aanvullend onderzoek te laten doen naar dit onderwerp. De resultaten van het onderzoek benadrukken het belang van vroege mondzorg voor kinderen en kunnen helpen bij het informeren en begeleiden van ouders en zorgverleners op dit gebied.

Frisdrank kan een negatief effect hebben op het gebit, met name als het regelmatig en in grote hoeveelheden wordt geconsumeerd. Dit komt door verschillende factoren:

  1. Suiker: Frisdranken bevatten vaak grote hoeveelheden suiker. Bacteriën in de mond voeden zich met suiker en produceren daarbij zuren als bijproduct. Deze zuren kunnen het tandglazuur aantasten en leiden tot tandbederf en gaatjes.
  2. Zuurgraad: Naast suiker zijn veel frisdranken ook zuur. Het zuur in frisdrank kan direct het tandglazuur oplossen en de tanden verzwakken. Dit kan leiden tot tanderosie, waarbij het tandglazuur dunner en zwakker wordt.
  3. Droge mond: Frisdranken, vooral die met cafeïne, kunnen de mond uitdrogen. Een droge mond heeft een verminderde speekselproductie, wat belangrijk is voor de bescherming van het gebit. Speeksel spoelt voedselresten weg, neutraliseert zuren en helpt bij het herstellen van het tandglazuur. Een gebrek aan speeksel kan het risico op tandbederf verhogen.

Om de negatieve effecten van frisdrank op het gebit te verminderen, zijn er enkele voorzorgsmaatregelen die genomen kunnen worden:

  • Beperk de consumptie: Beperk de hoeveelheid frisdrank die je drinkt, vooral die met toegevoegde suikers. Water is een veel gezonder alternatief voor dorstlessing.
  • Gebruik een rietje: Als je toch frisdrank drinkt, gebruik dan een rietje om het contact van de vloeistof met je tanden te verminderen.
  • Spoel met water: Spoel je mond met water na het drinken van frisdrank om eventuele zuren weg te spoelen.
  • Wacht met tandenpoetsen: Wacht minstens 30 minuten na het drinken van frisdrank voordat je je tanden poetst. Het zuur kan het tandglazuur tijdelijk verzwakken, en direct poetsen kan het glazuur verder beschadigen.

Vruchtensap kan een betere keuze zijn dan frisdrank, maar het heeft nog steeds enkele aandachtspunten met betrekking tot mondgezondheid. Hier zijn enkele factoren om te overwegen:

  1. Natuurlijke suikers: Vruchtensappen bevatten natuurlijke suikers uit fruit. Hoewel deze suikers beter zijn dan toegevoegde suikers in frisdrank, kunnen ze nog steeds bijdragen aan tandbederf als ze in grote hoeveelheden worden geconsumeerd. Het is belangrijk om vruchtensappen met mate te drinken.
  2. Zuurgraad: Net als frisdrank kunnen sommige vruchtensappen zuur zijn. Het zuur in vruchtensap kan het tandglazuur aantasten en leiden tot tanderosie. Citrusvruchtensappen, zoals sinaasappel- of grapefruitsap, hebben over het algemeen een hoger zuurgehalte. Het is belangrijk om het drinken van zure vruchtensappen te beperken en je mond na consumptie met water te spoelen.
  3. Vezels en voedingsstoffen: Vruchtensappen bevatten vaak minder vezels en voedingsstoffen dan hele vruchten. Bij het persen van fruit gaan vezels en sommige voedingsstoffen verloren. Het is daarom beter om hele vruchten te eten, omdat deze vezels bevatten die helpen de suikers geleidelijker vrij te geven en de mondgezondheid beter ondersteunen.

Als je vruchtensap wilt drinken, zijn er enkele tips om de impact op je gebit te verminderen:

  • Beperk de hoeveelheid: Drink vruchtensap met mate en vermijd overmatige consumptie.
  • Verdun het sap: Verdun vruchtensap met water om de concentratie van suikers en zuren te verminderen.
  • Drink met een rietje: Gebruik een rietje om het contact van het sap met je tanden te verminderen.
  • Spoel met water: Spoel je mond met water na het drinken van vruchtensap om zuren weg te spoelen.

Je gebit op latere leeftijd

Er is een verband tussen de gezondheid van het gebit en de gezondheid van het hart, hoewel de relatie complex is en nog steeds onderwerp van onderzoek. Er zijn verschillende mogelijke manieren waarop een slechte mondgezondheid invloed kan hebben op het hart:

  1. Parodontitis en hartziekten: Parodontitis is een gevorderde vorm van tandvleesontsteking die het tandvlees, het kaakbot en de vezels die de tanden ondersteunen aantast. Er is enig bewijs dat langdurige ontsteking in de mond, zoals parodontitis, kan bijdragen aan de ontwikkeling van hart- en vaatziekten. Het wordt verondersteld dat de ontstekingsstoffen en bacteriën in de mond in de bloedbaan terecht kunnen komen en ontstekingen in de bloedvaten kunnen veroorzaken.
  2. Bacteriëmie: Tijdens tandheelkundige procedures, zoals tandheelkundige reiniging of extractie van tanden, kunnen bacteriën in de bloedbaan terechtkomen. Dit wordt bacteriëmie genoemd. Hoewel bacteriëmie normaal gesproken van voorbijgaande aard is en het lichaam de bacteriën kan opruimen, kunnen bepaalde hartpatiënten met een verhoogd risico gevoeliger zijn voor complicaties. In zeldzame gevallen kan bacteriëmie leiden tot endocarditis, een infectie van de binnenbekleding van het hart.

Het is belangrijk op te merken dat de relatie tussen mondgezondheid en hartgezondheid complex is en dat er nog steeds onderzoek gaande is om de precieze mechanismen en causaliteit te begrijpen.