Onderzoekers van het Max Delbrück Center en Charité – Universitätsmedizin Berlin hebben onderzocht waarom sommige kinderen met een pinda-allergie goed reageren op orale immunotherapie (OIT), terwijl anderen weinig baat hebben of zelfs ernstige allergische reacties krijgen.
Bij 38 kinderen (gemiddeld 7 jaar oud) werden voor en na behandeling bloedmonsters geanalyseerd. Kinderen die goed reageerden op OIT hadden vóór de behandeling al een minder reactief immuunsysteem, met lagere niveaus van allergie-gerelateerde antistoffen (immunoglobulinen) en ontstekingsstoffen (cytokinen). Ook werden verschillen gevonden in genexpressie en DNA-methylering, vooral in immuuncellen die normaal in de darm voorkomen.
Deze biologische verschillen kunnen dienen als biomarkers om vooraf te voorspellen welke kinderen baat zullen hebben bij OIT en wie een hoger risico op bijwerkingen loopt. Zo kan de behandeling in de toekomst worden afgestemd op het individuele immuunprofiel van een kind — bijvoorbeeld door de duur en dosering van de therapie te personaliseren.
Het team werkt nu aan vervolgonderzoek en een voorspellend bloedtestmodel om OIT veiliger en effectiever te maken.