Langdurige oestrogeentherapie verandert microbiële activiteit in de darmen

UNIVERSITEIT VAN ILLINOIS IN URBANA-CHAMPAIGN

CHAMPAIGN, III. - Volgens een nieuw onderzoek met muizen beïnvloedt langdurige therapie met oestrogeen en bazedoxifen de microbiële samenstelling en activiteit in de darmen en beïnvloedt de manier waarop oestrogeen wordt gemetaboliseerd.

Volgens de studie aan de University of Illinois en voedingsprofessor Zeynep Madak-Erdogan, speelt het enzym B-glucuronidase (GUS) een cruciale rol bij het metaboliseren van synthetische oestrogenen in het darmkanaal.

De bevindingen van de studie, onlangs gepubliceerd in het tijdschrift Scientific Reports, suggereren dat het veranderen van de chemie in het darmkanaal een manier zou kunnen zijn om de werkzaamheid en de veiligheid op lange termijn van oestrogeensupplementen voor postmenopauzale vrouwen en borstkankerpatiënten te verbeteren, zei Madak-Erdogan.

"Onze bevindingen duiden erop dat clinici mogelijk het darmbioom door probiotica kunnen manipuleren om de halfwaardetijd en eigenschappen van de oestrogenen te veranderen, zodat gebruikers op lange termijn de therapeutische voordelen van oestrogeenvervangende therapie verkrijgen zonder hun risico op reproductieve kankers te vergroten," zei Madak-Erdogan, tevens directeur van het Women's Health, Hormones and Nutrition Lab aan de U. van I.

Hoewel de bevindingen moeten worden gerepliceerd bij mensen, biedt het onderzoek inzicht in de invloed van oestrogeen-vervangingstherapie op de expressie van microbiële genen en kan het verklaren waarom de reacties van individuele patiënten op hormoontherapie kunnen variëren, schreven de onderzoekers.

De wetenschappers verdeelden 40 vrouwtjesmuizen in vijf groepen die werden behandeld met verschillende oestrogenen, alleen toegediend of in combinatie met het oestrogeenreceptorgeneesmiddel bazedoxifen. De muizen kregen een vetrijk dieet en hun eierstokken werden verwijderd na 10 weken oud om de oestrogeen-deficiënte omgeving geassocieerd met de menopauze te repliceren.

Na zes weken behandeling haalden de onderzoekers DNA-monsters uit de muizen om gentranscriptie te onderzoeken. Ze onderzochten ook de microbiota in de cecums van de muizen - de buidel aan het begin van de dikke darm - en in hun fecale monsters om de microbiële diversiteit en activiteit in hun spijsverteringskanalen te beoordelen.

"We hebben vastgesteld dat beide niveaus van fecale GUS-activiteit en glucuronzuur - een bijproduct van het oestrogeenmetabolisme - afnamen nadat de muizen werden behandeld met geconjugeerde oestrogenen en bazedoxifen," zei Madak-Erdogan. "Dit ondersteunde onze hypothese dat oestrogeensuppletie de darmmicrobioom samenstelling en het oestrogeenmetabolisme beïnvloedt.

"Hoewel de algehele diversiteit van de microbiota niet significant veranderde, ontdekten we dat de activiteiten van verschillende bacterietaxa's veranderden door de oestrogeentherapie," zei Madak-Erdogan. "De niveaus van verschillende bacteriën geassocieerd met GUS-activiteit in de darm daalden, waaronder deze van akkermansia," een familie van bacteriën waarvan wordt aangenomen dat ze ontstekingsremmende eigenschappen hebben bij mensen.

Fecale niveaus van akkermansia waren significant lager bij muizen die werden behandeld met de combinatie van oestrogeen en bazedoxifen in vergelijking met hun leeftijdsgenoten in de controlegroep.

Muizen met hogere niveaus van akkermansia in hun fecaal bioom werden wel zwaarder, hadden grotere levers en meer oestrogeenmetabolieten in hun systemen, vonden de onderzoekers.

Bij het onderzoeken van de overvloed van veel voorkomende bacteriële families in de fecale microbiota, vonden de onderzoekers hogere niveaus van verschillende microben, waaronder lactobacillus en streptococcus. Lactobacillus bleek in eerdere studies van andere onderzoekers geassocieerd te zijn met GUS-activiteit, terwijl GUS werd geïdentificeerd in een ondersoort van streptokokken.

De GUS-bacteriën interageerden ook met twee metabolieten van het kankerremmend geneesmiddel tamoxifen - een belangrijke bevinding omdat lagere serumconcentraties van het geneesmiddel zijn gekoppeld aan slechtere resultaten bij borstkankerpatiënten, volgens de studie.

Vertaling: A Teirlinck





 


 

Steun ook ons kenniswerk, winkel eens in de Leefbewust winkel


Naar het overige nieuws van vandaag