Investeringen door de superrijken zorgt voor meer ontbossing

Vermogende particulieren investeren steeds meer in de landbouw. Hun investeringen stimuleren de productie van plantaardige grondstoffen voor menselijke consumptie, industrieel gebruik en veevoeder. De resulterende kapitaalstromen dragen rechtstreeks bij aan ontbossing in het wereldwijde zuiden, vooral in de tropen. Dat is de conclusie van een nieuwe studie van het Centrum voor Ontwikkeling en Milieu (CDE) van de Universiteit van Bern.

Uitbreiding van akkerland is een van de belangrijkste oorzaken van ontbossing – vooral in de tropen. Ontbossing maakt niet alleen koolstof vrij in de atmosfeer, maar leidt ook tot verlies van biodiversiteit en ecosystemen, waardoor hun vitale functies worden aangetast.

In dit verband zijn in het bijzonder van belang zogenaamde flex-gewassen zoals soja, palmolie en suikerriet, die zowel voor directe menselijke consumptie als voor veevoeder of industriële doeleinden worden gebruikt. Eerdere studies suggereren dat de teelt van olieplanten – zoals oliepalm of soja – verantwoordelijk is voor ongeveer 25% van de uitstoot door ontbossing wereldwijd. De groei van flexgewassen is het resultaat van verschillende mondiale sociaal-economische ontwikkelingen, waaronder toenemende ongelijkheid. De invloed van investeringen door de ultrarijken is echter tot nu toe grotendeels onontgonnen gebleven.

Een nieuwe studie uitgevoerd door Graziano Ceddia van het Centrum voor Ontwikkeling en Milieu van de Universiteit van Bern (CDE) neemt een baanbrekende kijk op de invloed van landbouwinvesteringen door de superrijken op de verspreiding van flexibele gewassen in het wereldwijde zuiden. Uit onderzoek van 21 landen in Latijns-Amerika en Zuidoost-Azië tussen 1991 en 2014, geeft de studie aan dat de toenemende welvaart onder superrijke individuen sterk correleert met de toenemende instroom van buitenlandse directe investeringen in de landbouw in beide regio’s – waardoor de expansie van flexibele gewassen wordt gestimuleerd.

De studie suggereert ook dat internationale investeerders werden aangetrokken door de landbouw door de belofte van hoge rendementen. “Particuliere investeerders investeren hun kapitaal in de agrarische sector in het wereldwijde zuiden omdat het rendement op traditionele investeringen is gedaald”, zegt studie-auteur Graziano Ceddia.
Al met al geven de resultaten aan dat de groeiende concentratie van rijkdom in enkele particuliere handen een cruciale rol heeft gespeeld in de uitbreiding van akkerland en ontbossing in het wereldwijde zuiden. Volgens het onderzoek, dat zojuist is gepubliceerd in Nature Sustainability, heeft een toename van de rijkdom van de superrijken met 1% geleid tot een toename van 2,4-10% in het gebied onder flexgewassen tijdens de bestudeerde periode.

“De resultaten onderstrepen het belang van het bestuderen van de impact van ongelijkheid op het milieu – en niet alleen van inkomensongelijkheid, maar ook van rijkdomongelijkheid,” zegt Ceddia. Volgens de onderzoeker was het een overschot aan privévermogen dat voor het eerst grootschalige particuliere investeringen in de landbouw mogelijk maakte. Hij benadrukt verder dat rijkdom veel ongelijker is verdeeld dan inkomen. “De studie toont duidelijk aan dat we ongelijkheid moeten verminderen om milieurisico’s te minimaliseren”, zegt Ceddia. Over het algemeen onderstreept dit nieuwe onderzoek de noodzaak om meer onderzoek te doen naar het verband tussen ongelijke verdeling van rijkdom, investeringen en aantasting van het milieu.

Ceddia M.G.: The super-rich and cropland expansion via direct investments in agriculture. Nature Sustainability. 24. February 2020, https://www.nature.com/articles/s41893-020-0480-2