Nieuws hulp aan suïcidale mensen


balk2.jpg (42734 bytes)


Benzodiazepinen (slaappillen, kalmeringsmiddelen) kunnen het zelfmoordrisico vergroten bij patiënten met COPD en PTSS

Volgens recent onderzoek, online gepubliceerd in de Annals of the American Thoracic Society, kan langdurig gebruik van benzodiazepine-medicatie bij chronische zieken met obstructieve longziekte of COPD, evenals posttraumatische stress stoornis (PTSS), leiden tot een verhoogd zelfmoordrisico.

Lees verder


Door milieufactoren veroorzaakte genetische veranderingen gelinkt aan risico zelfmoord

Onderzoekers hebben genetische veranderingen in het zogenaamde CRH gen, dat de regulering van het stress systeem van het lichaam beïnvloedt, gerelateerd aan suïcide risico’s en psychiatrische stoornissen. Uit het onderzoek naar epigenetische veranderingen in het op hormonen gebaseerde stress systeem in het lichaam bleek dat stress gerelateerde veranderingen in het CRH gen in verband staan met serieuze zelfmoordpogingen bij volwassenen en psychiatrische ziektes bij jongeren.

Lees verder


113Online: hulp aan suïcidale mensen via internet en telefoon

Jan Mokkenstorm, Lucy Stut, Jan Martijn Bakker

Suïcidaliteit is een omvangrijk gezondheidsprobleem, een ijsberg waarvan de reguliere eerste- en tweedelijns gezondheidszorg slechts het topje ziet. Dit is niet alleen een kwestie van capaciteit of aandacht. De helft van de suïcidale mensen denkt dat hulpverlening hen niet kan helpen (Pagura et al, 2009). Dit kan worden verklaard door feitelijke en ervaren drempels die mensen met suïcidaliteit tegenkomen op de weg naar effectieve hulpverlening. Deze mensen schamen zich vaak en vrezen de gevolgen van hulp zoeken: stigma, verlies van autonomie, gedwongen opname, en onthulling van hun suïcidale geheim.

Om deze drempels te verlagen en het bereik van de hulpverlening te vergroten, is sinds september 2009 de website www.113Online.nl geopend. Zowel via de site als via de gekoppelde telefonische hulplijn (0900-1130113) wordt mensen hulp geboden. Dit artikel geeft een overzicht van dit aanbod en de eerste ervaringen hiermee op basis van de eerste gegevens over het gebruik van de site en indrukken uit de praktijk.

Achtergrond

113Online is een landelijk werkende instelling die suïcide en pogingen daartoe wil voorkómen; suïcidale mensen, hun naasten en nabestaanden wil ondersteunen; en suïcide maatschappelijk bespreekbaar wil maken. 113Online is een initiatief van hulpverleners, cliëntvertegenwoordigers, ervaringsdeskundigen, wetenschappers en maatschappelijke organisaties.113Online werkt op beleidsniveau intensief samen met de Ivonne van der Ven Stichting en Stichting Ex6, en in de uitvoering met intensief getrainde en begeleide vrijwilligers van Ex6, Sensoor en het Fonds Psychische Gezondheid. Hierdoor kan een continu beschikbaar vrijwilligersnetwerk van zo’n 200 mensen worden gerealiseerd. Binnen kantooruren wordt de mogelijkheid van doorschakeling naar professionals gewaarborgd door directe medewerkers van 113Online (psychologen en psychiaters), daarbuiten door één van de crisisdiensten van GGZ inGeest.

Online hulp

De centrale gedachte van 113Online is dat online hulp laagdrempelig is en met een grote mate van autonomie en anonimiteit voor de hulpzoeker, grootschalig kan worden aangeboden tegen bescheiden kosten. Daarnaast is het internet een "vindplaats" voor suïcidale mensen, die daar kunnen worden gemotiveerd om zich te wenden tot (reguliere) hulpverlening.

Terwijl wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van online therapie bij suïcidaliteit nog in de kinderschoenen staat (Pietrzak en McLaughlin, 2009 en Krysinska, 2007) is wel duidelijk dat het mogelijk is om online een goede werkrelatie te vestigen met suïcidale mensen (Knaevelsrud en Maercker, 2006) en is er gestaag groeiend bewijs voor de (kosten)effectiviteit van online interventies (Riper et al., 2007 en Spek et al 2007).

Aanbod van 113Online

Het aanbod op de site is ingedeeld naar doelgroep: suïcidale mensen, naasten, nabestaanden en informatiezoekers. Op de homepage vinden bezoekers een overzicht van de diensten van 113Online en de werkwijze, waarbij zij ook worden gewezen op nadelen en tekortkomingen van online hulpverlening. 113Online presenteert zichzelf daarbij nadrukkelijk als aanvullend aan reguliere hulpverlening. Alle hieronder genoemde diensten zijn anoniem en zonder kosten voor de hulpvrager.

De geboden vormen van hulpverlening zijn:

  • direct contact: chat of telefoon
  • e-mail consultatie
  • chat therapie op afspraak
  • telefonisch spreekuur
  • forum
  • zelfhulpcursus
  • ‘mijn 113Online’
  • informatie en Help-o-Theek

Direct contact: chat of telefoon

Hulpzoekers in emotionele nood kunnen altijd gebruik maken van de telefonische hulplijn en het grootste deel van de dag van de crisis-chat. Deze lijnen worden door getrainde vrijwilligers bemand. Zij kunnen de hulpzoeker doorschakelen naar een tweede lijn van professionele hulpverleners; tijdens kantooruren zowel per chat als telefoon, daarbuiten alleen telefonisch. De professionals kunnen op hun beurt weer doorverwijzen naar reguliere hulpverlening waaronder crisisdiensten van de GGZ.

E-mailconsultatie

E-mailconsultatie houdt in dat een hulpvrager na indicatiestelling door een professional of zelftest, vijf keer kan e-mailen met een deskundige. Over bijvoorbeeld gedachten aan zelfmoord, maar ook als hij of zij zich zorgen maakt over een ander, of nabestaande is. De e-mails van de deskundige worden ontvangen binnen de ‘Mijn 113Online’-omgeving, wat inhoudt dat ze via de site worden gelezen, en dus niet direct op een eigen mailadres terechtkomen.

Chattherapie

Chattherapie bestaat uit een therapeutisch contact met een vaste hulpverlener middels een serie geplande chatgesprekken, eveneens na indicatiestelling.

Telefonisch spreekuur

Middels het telefonisch spreekuur (en e-mail) kan professioneel advies en antwoord op kortere vragen worden ingewonnen.

Forum

Op gemodereerde fora kunnen bezoekers hun gedachten en gevoelens delen met lotgenoten en betrokkenen.

Zelfhulpcursus

Bij de -onbegeleide- zelfhulpcursus "Leven onder controle" krijgt de deelnemer gedurende zes weken iedere week informatie en zelfhulpopdrachten gericht op het verminderen van suïcidale ideatie. Deze interventie is selectief toegankelijk wegens randomisatie in het kader van een randomized controlled trial (van de Vrije Universiteit) ter evaluatie van de effecten hiervan.

‘Mijn 113Online’

Hulpzoekers kunnen tegelijkertijd gebruik maken van verschillende diensten en onderdelen van de site. Een overzicht hiervan wordt bijgehouden op de persoonlijke ‘Mijn 113Online’-pagina, die bezoekers na anonieme registratie middels een nickname en wachtwoord, kunnen creëren.

Informatie en Help-o-Theek

Op de website wordt informatie over suïcidaliteit geboden, hoe dit kan worden herkend en gehanteerd en welke hulpmogelijkheden beschikbaar zijn. Via "hulp in mijn buurt" kunnen bezoekers de dichtstbijzijnde hulpaanbieders lokaliseren. De Help-o-Theek geeft een overzicht van informatie en (zelf)hulp die op het internet te vinden is.

 

Cognitieve en oplossingsgerichte therapie

Behandelinhoudelijk heeft 113Online gekozen voor een oplossingsgerichte en cognitieve aanpak. De keuze voor dit referentiekader kwam tot stand op basis van beschikbare evidence en de ervaring dat deze aanpak bij uitstek geschikt is voor toepassing via het internet.

De meeste e-health interventies zijn gebaseerd op toepassing van cognitief therapeutische principes (Riper et al 2007). Verschillende vormen van cognitieve therapie lijken suïcidaliteit significant te kunnen verminderen (Tarrier et al, 2008). Wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van online therapie bij suïcidaliteit staat nog in de kinderschoenen (Pietrzak en McLaughlin, 2009 en Krysinska, 2007).

Oplossingsgerichte Therapie (OT) is een vorm van cognitieve therapie die de afgelopen decennia in opkomst is in de GGZ (Bannink, 2006). OT helpt de cliënt de aandacht te verplaatsen naar wat hij wél wil in plaats van wat hij niet of minder wil (het probleem). Problemen hoeven niet te worden opgelost voordat verbetering kan worden verwacht, en de gewenste uitkomst (c.q. het gedrag) kan rechtstreeks worden nagestreefd. OT is hierdoor ‘diagnoseoverstijgend’ en biedt snel hoop. Dat maakt het bij uitstek geschikt voor settings waar soms weinig gelegenheid is voor diagnostiek, zoals crisiswerk of online hulpverlening (Bakker en Bannink, 2008).

Wetenschappelijk onderzoek naar OT wordt in een meta-analyse van 21 effectstudies door Stams e.a. (2006) samengevat. Zij concluderen dat OT een even groot effect laat zien als andere vormen van therapie, en dat deze effecten gepaard gaan met een kortere behandelduur en meer garanties voor de autonomie van de cliënt.

De effectiviteit van oplossingsgerichte therapie in het verminderen van suïcidaliteit is in één studie aangetoond (Rhee et al, 2005). De praktijk van de behandeling van suïcidaliteit met OT is uitgebreid beschreven in twee handboeken (Fiske, 2008 en Henden, 2008).

Oplossingsgerichte internettherapie wordt sinds enkele jaren naar tevredenheid toegepast bij depressieve, angstige en suïcidale jongeren die anonieme kortdurende chat therapie aangeboden krijgen bij PratenOnline.nl, een initiatief van de Jeugdriagg (verzorgingsgebied Noord-Holland Zuid). Binnenkort start een onderzoek (RCT) om de effecten hiervan te objectiveren. Deze interventie staat model voor de chat therapie zoals die door 113Online wordt verricht.

De keuze voor het oplossingsgerichte en cognitieve referentiekader vertaalt zich in het taalgebruik van de geboden informatie en voorlichting, en in de therapeutische grondhouding van de professionals. Wanhoop, psychische pijn en grote moeilijkheden worden gevalideerd in combinatie met veel expliciete waardering en complimenten voor wat de cliënt nog wél doet. Waar demoralisatie leidt tot een focus op dat wat niet goed gaat, wil 113Online uiteindelijk het hele verhaal van de cliënt belichten: de duisternis én de hoopvolle kanten van het leven van een cliënt, diens moeilijkheden én diens talenten.

 

Resultaten

Voorafgaand aan de opening van 113Online.nl is er een ruwe schatting gemaakt van het bezoek en het gebruik van de hulpverlening. Verwacht werd per maand 5000 unieke bezoekers ; 500 crisis chats, 50 afgeronde chat therapieën en 50 verwijzingen naar de reguliere GGZ. Uit de eerste resultaten blijkt dat 113Online in grote lijnen aan deze verwachtingen voldoet met uitzondering van het aantal doorverwijzingen.

Bezoek website

Uit huidige cijfers blijkt dat van september tot en met december 2009 35.420 unieke personen de website van 113Online hebben bezocht. Zij verbleven gemiddeld 4:47 minuten op de site, en komen uit alle delen van Nederland.

Figuur 1: Geografische spreiding

bezoek www. 113Online.nl

 

In de maand september van 2009 opende 113Online de site "stil", zonder enige publiciteit. Dit veranderde door de officiële opening op nationale televisie op 8 oktober 2009 (BNN, 2009), die door 660.000 mensen werd bekeken. Het bezoek aan de site piekte naar 6000 unieke bezoekers per dag. Het websitebezoek in de maanden november en december schommelde vervolgens rond de 250 unieke bezoekers per dag. Hierbij zij opgemerkt dat de site jong is, waardoor zoekmachines 113Online.nl een lage ranking geven. Bovendien zijn er nog weinig andere sites die naar 113Online doorlinken. Hierdoor is de vindbaarheid van de site nog groeiende.

Gebruik hulpaanbod

In de periode september tot en met december voerden de vrijwilligers circa 1800 chat gesprekken en 2800 telefoongesprekken. Tabel 1 geeft het aantal personen die in deze periode gebruik hebben gemaakt van de professionele hulpverlening van113Online.

 

Tabel 1. Gebruik professioneel hulpaanbod 113Online

september – december 2009

Hulpaanbod 113Online

Aantal

personen

Direct contact (telefoon of chat)

166

Geplande chattherapie en e-mailconsultatie

405

Zelfhulpcursus

17

Doorverwijzing

4

Hulpzoekers hebben bij 113Online gemiddeld 8 à 9 contacten met een professional.

Gebruikers van de zelfhulpmodule nemen deel aan het onderzoek naar de effectiviteit hiervan. Doordat dit onderzoek zich in de opstartfase bevindt, zijn er nog relatief weinig mensen geselecteerd voor daadwerkelijke deelname.

Opmerkelijk is dat er bijna geen sprake is van doorverwijzing van de hulpzoeker naar de reguliere GGZ. Slechts 0,8% van de in totaal 527 mensen die de afgelopen maanden door 113Online geholpen zijn, is doorverwezen. Wij hebben geen onderzoek gedaan naar de oorzaak van dit lage getal, maar vermoeden dat diverse factoren van invloed zijn. Ten eerste is een aantal hulpzoekers al cliënt in de reguliere GGZ. Verder hebben veel hulpzoekers negatieve ervaringen in (of associaties met) de GGZ, en slaan zij een aanbod tot verwijzing af. Ook denken wij te merken dat zodra een hulpzoeker zich, net als in de reguliere GGZ, ‘hecht’ aan een hulpverlener, hij liever niet meer wil worden doorverwezen. Tot slot is mogelijk een factor dat 113Online nog maar kort bestaat, en omdat het voorkomt dat cliënten pas na een aantal sessies ‘klaar’ zijn om te worden verwezen, zou het zo kunnen zijn dat de verwijsstroom nog op gang gaat komen.

 

Vignet

Tanja is circa 30 jaar oud en heeft in de afgelopen 10 jaar veelvuldig aan suïcide gedacht en verschillende suïcidepogingen ondernomen. Zij vertelt stelselmatig te zijn misbruikt en mishandeld. Door dreigementen van de dader durfde Tanja eerder geen hulp te zoeken.

Tanja logt in op de crisis chat waar zij een gesprek heeft met een vrijwilliger. Deze draagt het gesprek over aan een van de professionals. Tijdens dit gesprek wordt Tanja gestimuleerd om chat therapie te starten. Er volgen een aantal geplande chats, waarin het Tanja onder andere lukt om voor het eerst sinds negen jaar weer te huilen. Ze besloot om naar de andere kant van het land te verhuizen om zo aan de mishandeling te ontsnappen. In een teamoverleg van 113Online werd besloten af te wijken van de norm van vijf gesprekken omdat er sprake is van vooruitgang. Op een gegeven moment durft Tanja het aan om ook een huisarts in vertrouwen te nemen, en later een crisisdienst van de lokale GGZ. Inmiddels heeft zij een intakeafspraak bij een grote GGZ instelling.

Fragmenten uit de chats:

Tanja: als ik geen motivatie meer had had ik toch nooit de crisis dienst gebelt dan was ik hier niet eens geweest

Therapeut: Ja dat heb je nu wel gedaan! Hoe is je dat gelukt?

Tanja: een is ik had een afspraak met jou wou jou niet laten zitten en de tweede ik wil door vechten alleen het lukt mij niet meer

Therapeut: Wanneer je problemen voldoende afgenomen zouden zijn, wat zou er dan anders zijn?

Tanja: dan zal ik me zelf niet meer zoveel snijden woede aanvallen zal weg zijn dan kan ik beetje normaal leven net als een ander".

(…)

Therapeut: Wat heb je ervoor nodig om toch naar de GGZ te durven gaan?

Tanja: denk dat ik veel moet er voor nodig heb

Therapeut: Veel moed. Ja dat zou je denk ik goed kunnen gebruiken.

Therapeut: Hoe kun je daar aan komen?

Tanja: weet ik niet het is net dat er geen moed meer in mij zit

Therapeut: Dus je hebt meer moed nodig?

Tanja: ja indd

Therapeut: Waardoor merk jij dat je moed kunt verzamelen?"

 

Ervaringen

Uit contact met hulpzoekers blijkt veel waardering voor de opening van 113Online. Bij 113Online mogen hulpzoekers anoniem zijn en blijven. Dit beperkt de mogelijkheid van fysieke veiligheidsmaatregelen. Van veel hulpzoekers wordt teruggehoord dat anonimiteit en autonomie de stap naar (online) hulp verkleint. Bij hen heerst een gevoel van angst voor gedwongen opname en verblijf in de separeercel of is sprake van weinig vertrouwen in de GGZ omdat zij het idee hebben daar niet echt over hun suïcidale gedachten te kunnen praten.

Hulpzoekers en bezoekers zijn echter niet uitsluitend en onverdeeld positief. Door kinderziektes veroorzaakte gebreken in de site, in de bereikbaarheid en chat-capaciteit kreeg 113Online snijdende kritiek in e-mails en op het forum, zoals: "Met jullie miljoenen subsidie valt niet te snappen dat je forum der zo waaaardeloos uit ziet. Ik wil dat dit snel veranderd, ik heb al genoeg aan mijn hoofd!!!!!". Inmiddels zijn veel technische problemen gelukkig opgelost.

Een ervaring van andere orde betreft de samenwerking tussen 113Online en de reguliere GGZ. Over het algemeen kan 113Online rekenen op sympathie van professionals en bestuurders van GGZ instellingen, maar krijgt lang niet overal een plaats in de regionale crisisketen. Het blijkt niet altijd zo eenvoudig te zijn om concrete samenwerkingsafspraken te maken, informatie te krijgen, of hulpzoekers door te verwijzen naar een lokale crisisdienst. Sommige instellingen zien in samenwerking met 113Online een kans om suïcidale mensen snel te helpen, andere zijn hierin terughoudend. Zij vrezen (naar wij nu weten ten onrechte) een oncontroleerbaar groot aantal aanmeldingen. Daarnaast weerspiegelt hun terughoudendheid wellicht een professionele houding van de GGZ die veel hulpzoekers van 113Online observeren: hulpverleners zijn erg bezig met procedures en dit weerhoudt hen ervan gewoon eerst te luisteren naar het verhaal van de cliënt.

Tenslotte de ervaringen van professionals. Om te beginnen is online en telefonisch werken met anonieme hulpzoekers die je niet kunt zien, horen of ruiken natuurlijk iets heel anders dan face-to-face contact. Desondanks is er vaak sprake van intens menselijk contact, waarin hulpzoekers vaak sneller, directer en openhartiger zijn dan wat professionals in reguliere contacten gewend zijn. Dit geeft veel voldoening. Daarnaast biedt het online werken meer gelegenheid tot nadenken over de inhoud en de woordkeuze van de communicatie met de hulpzoeker. Het woord ‘groepstherapie’ lijkt er een nieuwe betekenis bij te hebben gekregen, namelijk: real-time behandeling van een hulpzoeker door een groep collega’s die tijdens het gesprek met elkaar kunnen overleggen.

Het dagelijks werken met suïcidale mensen lijkt zwaar, is dat soms ook, maar de druk kan worden opgevangen door de mogelijkheid tot direct teamoverleg, goede werkbegeleiding en intervisie. Hierbij biedt het oplossingsgerichte kader specifiek handvatten om hoop te bevorderen en de therapeutische relatie helder te houden.

De onmogelijkheid van direct fysiek ingrijpen wordt door de professionals gezien als een gegeven. Dit kan een machteloos makende kant hebben, maar biedt tegelijkertijd de ruimte om te blijven luisteren, in plaats van in de verleiding te komen te gaan "doen". Deze relatieve machteloosheid van de professional kan het therapeutische contact ten goede komen. Het idee dat niet kunnen ingrijpen zou kunnen leiden tot calamiteiten wordt enerzijds weersproken door het argument dat hulpzoekers die anoniem willen blijven zich waarschijnlijk niet snel zullen blootgeven in reguliere zorg. Anderzijds bestaat uiteraard de verwachting dat het therapeutisch contact met de anonieme hulpzoeker de kans op suïcide kan helpen verkleinen.

 

Ontwikkelingen

113Online heeft voor 18 maanden subsidie gekregen van het ministerie van VWS en het Innovatiefonds Zorgverzekeraars, en moet in die periode haar bestaansrecht onderbouwen. De structurele financiering van 113Online na de subsidietermijn is nog onduidelijk. De financiering van online hulpverlening is nog niet uitgekristalliseerd. Anonieme hulpverlening past niet in huidige wet- en regelgeving en kent hierin geen vergoedingsgrondslag.

Gebleken is dat de realisatie van het hulpaanbod technisch en logistiek complex maar haalbaar is. Na het verhelpen van kinderziekten ontstaat de situatie waarin het effect van de verschillende interventies op symptomen (suïcidale ideatie en gedrag, angst, depressie) en op het algemeen functioneren kan worden gemeten. Analyse hiervan moet leren of de veronderstelling juist is dat 113Online een significante bijdrage kan leveren aan de preventie van suïcide en het ondersteunen van iedereen die daarmee te maken heeft. Onderzoek hiernaar zal lopend dit jaar worden gestart. Hierbij zal ook worden getracht boven water te krijgen waarom zo weinig hulpzoekers willen worden verwezen naar reguliere hulpverlening en hoe stabiel hun wens is om anoniem te blijven.

 

 

Conclusie

Als suïcidaliteit een ijsberg is waarvan de reguliere hulpverlening slechts het topje ziet, krijgt 113Online ook een blik én enige invloed onder de waterlijn. Hoewel het veel te vroeg is om te concluderen dat 113Online effectief is in het voorkómen van suïcides in Nederland, kan op basis van de beschikbare cijfers en de ervaringen wel worden gesteld dat zij lijkt te voorzien in een grote behoefte. De autonomie voor de hulpzoeker en anonimiteit die samengaan met online hulpverlening bevorderen een open therapeutisch contact waarin suïcidaliteit bespreekbaar en beïnvloedbaar wordt.

De eerste ervaringen zijn hoopvol en duiden erop dat het mogelijk en haalbaar is om suïcidale mensen via het internet te bereiken én te behandelen. Nader onderzoek naar (gewenste en ongewenste) effecten van 113Online zal moeten bevestigen in hoeverre dit leidt tot significante reductie van suïcidaliteit, herstel van functioneren en tevredenheid.

Literatuur

Bakker, J. M., Bannink, F. P. (2008). Oplossingsgerichte therapie in de psychiatrische praktijk. Tijdschrift voor Psychiatrie 50, 1, 55-59.

Ballegooijen, W. van, Spijker, B. en Kerkhof, A. (2009a). The quality of online suicide prevention in the Netherlands and Flanders. Voordracht tijdens de First International E-mental Health Summit, Amsterdam

Ballegooijen, W. van, Spijker, B. en Kerkhof, A. (2009b). De kwaliteit van onlinesuïcidepreventie in Nederland en Vlaanderen in 2007. Tijdschrift voor psychiatrie, 51, 117-122.

Bannink, F. P. (2006). Oplossingsgerichte vragen. Handboek oplossingsgerichte

gespreksvoering. Amsterdam: Harcourt.

BNN (2009) Thema avond Zelfmoord http://player.omroep.nl/?aflID=10169432.

Fiske, H. (2008). Hope in action. Solution-focused conversations about suicide. New York: Routledge.

Henden, J. (2008). Preventing Suicide. The solution focused approach. Chichester: Wiley.

Knaevelsrud, C. and Maercker, A. (2006). Does the quality of the working alliance predict treatment outcome in online psychotherapy for traumatized patients? Journal of Medical Internet Research. (4) p. e31.

Krysinska, K. E. and Leo, D. de (2007). Telecommunication and suicide prevention: hopes and challenges for the new century. Omega - Journal of Death & Dying, (3) 237-53.

Pagura, J., Fotti, S., Katz, L. Y. and Sareen, J. (2009). Help seeking and perceived need for mental health care among individuals in Canada with suicidal behaviors. Psychiatric Services, 60, 943-949.

Pietrzak, E. and McLaughlin, R. (2009). The effectiveness of online suicide prevention programs. A literature review

Centre for Military and Veterans’ Health/ University of Queensland Node

www.cmvh.org.au/index.html?page=120407&pid=0

Riper, H., Smit, F., Zanden, R. van der, Kramer, J. en Mutsaers, K. (2007). Programmeringsstudie E-Mental Health. High Tech, High Touch, High Trust. Utrecht: Trimbos-instituut.

Rhee, W. K., Merbaum, M., Strube, M. J. and Self, S. M. (2004). Efficacy of Brief Telephone Psychotherapy with Callers to a Suicide Hotline. Suicide and Life-Threatening Behavior, 35, 317-328.

Spek, V., Cuijpers, P., Nyklicek, I., Riper, H., Keyzer, J., and Pop, V. (2007). Internet-based cognitive behaviour therapy for symptoms of depression and anxiety: a meta-analysis. Psychological Medicine, 37, 319-328.

Stams, G. J., Dekovic, M., Buist, K. en Vries, L. de (2006). Effectiviteit van oplossingsgerichte korte therapie: een meta-analyse. Gedragstherapie, 39, 2, 81-94.

Tarrier, N., Taylor, K. and Gooding, P. (2008). Cognitive-Behavioral Interventions to Reduce Suicide Behavior: A Systematic Review and meta analysis. Behavior Modification,32, 77-108.

 

Auteurs

Jan Mokkenstorm werkt als directeur behandelzaken en psychiater bij GGZinGeest en is daarnaast lid van de Raad van Bestuur/directeur van 113Online.

Lucy Stut is psycholoog en orthopedagoog bij 113Online.

Jan Martijn Bakker is psychiater bij GGZinGeest en bij 113Online.


Biologische veranderingen in patiënten met zelfmoordneigingen

Dokter Daniel Lindqvist van de psychoimmunologische afdeling van de "Lund" Universiteit in Zweden: depressieve- en personen met zelfmoordneigingen hebben een laag niveau van het stresshormoon cortisol in hun bloed en een laag speeksel niveau. Ze hebben ook stoffen in hun ruggemerg vloeistof die aangeven, dat er een verhoogd ontstekingsniveau is in de hersenen. Deze bevindingen geven hulp om nieuwe methodes te ontwikkelen m.b.t. diagnoses en behandelings methodes van patienten met zelfmoord- neigingen. Dokter Daniel lindqvist van de psychoimmunologische afdeling van de Lund Universiteit te Zweden presenteert deze resultaten in zijn doctoraal scriptie.Hij maakt deel uit van een onderzoeksgroep geleid door dr.Lena Brundin die een ontsteking in de hersenen beschouwd als een sterk toevoegende factor aan depressie. Dit is een nieuwe theorie die een uitdaging vormt voor de gangbare visie dat depressie alleen te wijten is aan een gebrek aan de stoffen serotonine en noradrenaline. Echter de huidige medicatie die gebaseerd is op serotonine geneest lang niet alle behandelde patiënten.Wij menen, dat ontsteking de eerste stap is in de ontwikkeling van depressies en dat dit verschijnsel een effect heeft op serotonine en noradrenaline zegt Daniel Lindqvist.

Lees verder

Vertaling: Koos



 

 

 


View My Stats