Menselijke activiteiten vervuilen de Europese lucht al 2000
jaar, zegt een studie
AMERICAN GEOPHYSICAL UNION
WASHINGTON, D.C.-- Een nieuwe studie die Europese
ijskern-gegevens combineert met historische gegevens van de beruchte
Zwarte Dood (pest) pandemie van 1349-1353 laat zien dat het winnen
en smelten van metaal de omgeving duizenden jaren heeft vervuild, in
tegenstelling tot het wijdverbreide geloof dat vervuiling van de
omgeving pas begon met de industriele revolutie in jaren 1700 en
1800.
De nieuwe studie, toegelaten voor publicatie in GeoHealth, een
tijdschrift van de American Geophysical Union, levert bewijs dat de
hoeveelheid lood die van nature in de lucht zit in wezen nul is, in
tegenstelling tot gemeenschappelijke veronderstellingen. Het
onderzoek laat zien dat loodvervuiling van metaalwinning en smelten
voor de industriele revolutie goed aantoonbaar was en alleen wanneer
de Zwarte Dood pandemie ervoor zorgde dat die activiteiten gestopt
werden, werd de hoeveelheid lood in de lucht teruggebracht naar
natuurlijke hoeveelheden.
“Deze nieuwe gegevens laten zien dat menselijke activiteit de
Europese lucht de afgelopen circa 2000 jaar vrijwel onafgebroken
vervuilt.”, schrijven de auteurs van de studie.
“Alleen een verwoestende ineenstorting van de populatie en
economische activiteiten, veroorzaakt door een wereldwijde ziekte
verminderde de vervuiling van de atmosfeer in wat nu meer nauwkeurig
kan worden omschreven als 'achtergrond' of natuurljke niveaus.
De nieuwe bevindingen zouden de huidige normen voor
loodvervuiling kunnen beinvloeden. Het huidge beleid met betrekking
op gezondheid en omgeving acht de pre-industriele
loodvervuiling-niveaus als zijnde “natuurlijk” en daarmee
waarschijnlijk “veilig”, maar deze aanname zou wellicht heroverwogen
moeten worden, aldus de auteurs van de studie.
Lood is een van de meest gevaarlijke omgevingvervuilers en is al
giftig voor de hersenen bij extreem lage hoeveelheden. Geen enkel
niveau van loodgehalte kan als veilig omschreven worden, volgens
Philip Langridan, decaan van de Global Health for the Icahn School
of Medicine in het Mount Sinai Medical Center in New York, welke
niet betrokken was bij de nieuwe studie.
“Het is duidelijk dat lood blijvende effecten heeft op de levens
van kinderen”, zegt Langdrigan, die loodvergiftiging bij kinderen
heeft onderzocht en een cruciale rol had in de invoering van
verminderingsbeleid in de afgelopen jaren.
Reconstrueren van oude lood-niveaus
In de nieuwe studie werkten historici van de Harvard University
in Cambridge, Massachusetts, samen met klimaatwetenschappers aan het
Climate Change Institute aan de University of Maine in Oronto. Het
team besloot om de vroegere lood-niveaus in de lucht te onderzoeken
omdat het een gevaarlijke vervuiler is en als maatstaf fungeert voor
economische activiteit, aangezien het toeneemt als economieen
groeien en afneemt als ze krimpen.
De onderzoekers matchten nieuwe hoge-resolutie metingen van lood
in een ijskern van een gletsjer in de Zwitsers/Italiaanse alpen met
zeer gedetailleerde historische gegevens hetgeen liet zien dat de
loodwinnings en smelt-activiteiten vrijwel tot nul gereduceerd
werden tijdens de pest-pandemie in de jaren 1349 tot 1353.
De onderzoekers ontdekten dat de loodgehaltes plotseling
verminderden in een gedeelte van de ijskern, hetgeen correspondeerde
met die periode van vier jaar. Die vermindering is uniek in de
laatste 2000 jaar van de Europese geschiedenis, volgens Alexander
More, een historicus aan Harvard en hoofdauteur van de nieuwe
studie.
“Toen we de omvang van de vermindering van loodgehaltes zagen en
we het maar een enkele keer zagen, tijdens de jaren van de pandemie,
waren we gefascineerd”, zegt More.
“In verschillende delen van Europa heeft de Zwarte Dood zo ongeveer
de halve populatie weggevaagd. Dit veranderde de samenleving
radicaal op meerdere vlakken. Uitgedrukt in arbeidskracht, stopte de
loodwinning praktisch helemaal in grote productiegebieden. Men ziet
dit gereflecteerd in de ijskern in een grote terugval van
loodgehaltes in de atmosfeer, en men ziet het in historische
gegevens in een langere periode in de tijd.”.
De onderzoekrs vonden ook andere, kleinere verminderingen van
lood-ophoping in de ijskern. Een ervan vond plaats in 1460, welke,
zoals de auteurs laten zien, ook een gevolg zou kunnen zijn geweest
van een epidemie-gerelateerde daling. Andere verminderingen vonden
plaats tijdens een economische dip in 1885 en meer recent, in 1970
toen verminderingsbeleid loodhoudende benzine en andere bronnen van
loodvervuiling in de lucht afbouwde.
More zegt dat de ijskern veel extra gegevens bevat, beschikbaar
door de precisie van de Climate Change Institute haar 'next
generation laser' -faciliteiten en de expertise van
klimaatwetenschappers van het het onderzoeksteam. Het combineren van
die gegevens met historische bronnen kan leiden tot nieuwe
ontdekkingen op gebieden van klimaatwetenschap, menselijke historie
en de gezondheidsstaat van de planeet, leefomgeving en economische
geschiedenis, zegt More.
“Dit onderzoek representeert de samenkomst van twee zeer
verschillende disciplines; geschiedenis en ijskern-glaciologie,
welke samen voorzien van een perspectief dat nodig is om te
begrijpen hoe de aanwezigheid van een toxische stof zoals lood heeft
gevarieerd in de atmosfeer, en nog belangrijker, om in te zien dat
het echte natuurlijke gehalte van lood in de lucht in feite
praktisch nul is.”, zegt Paul Mayewski, directeur van het Climate
Change Insititute aan de University van Maine en co-auteur van de
nieuwe studie. “Door de ultra-hoge-resolutie ijskern-samples te
gebruiken, mogelijk gemaakt door onze W.M. Keck Laser Ice Facility,
verwachten we dat we in staat zijn nieuwe inzichten mbt links tussen
klimaatverandering en de loop van de menselijke beschaving, te
kunnen bieden die tot voor kort onbereikbaar waren met
lagere-resolutie sampling.”.
Vertaling: Arnoud