Een eiwit betrokken bij de ziekte van Alzheimer ook betrokken in cognitieve vaardigheden

Van zeldzame mutaties in het amyloïde precursor eiwit (APP) is eerder aangetoond dat ze sterk geassocieerd zijn met de ziekte van Alzheimer

UNIVERSITEIT VAN BERGEN, NOORWEGEN

Universiteit van Bergen, Noorwegen, augustus 2017 - Van zeldzame mutaties in het amyloïde precursor eiwit (APP) werd eerder aangetoond dat ze sterk geassocieerd zijn met de ziekte van Alzheimer (AD). Volgens recent onderzoek uitgevoerd aan de Universiteit van Bergen, Noorwegen, kunnen gemeenschappelijke genetische varianten in dit eiwit ook gekoppeld zijn aan intelligentie (IQ) bij kinderen.

Resultaten van het onderzoek werden online gepubliceerd in het Journal of Alzheimer's Disease. Senior auteur dr. Tetyana Zayats is onderzoeker aan het KGJebsen Centrum voor Neuropsychiatrische Stoornissen aan de Universiteit van Bergen.

De studie analyseerde genetische markers en de IQ bij 5.165 kinderen uit een Avon Longitudinal Study of Parents and Children. De genetische bevindingen werden opgevolgd in de gegevens uit twee datasets van volwassenen (1); 17.008 gevallen met AD en 37.154 controles, en (2) 112.151 personen werden beoordeeld op algemene cognitieve werking. De functie van de genetische markers werd geanalyseerd door toepassing van reporterassays in cellen.

Breincellen communiceren via synaptes die honderden gespecialiseerde eiwitten bevatten. Mutaties in sommige van deze eiwitten leiden tot disfunctionele synaptes en hersensiekten zoals epilepsie, intellectuele beperking, autisme of AD. Dr. Zayats en medewerkers aan de Universiteit van Bergen onderzochten een subgroep van deze eiwitten die betrokken zijn bij synaptische plasticiteit en leren (het ARC-complex). Zij vonden dat een variatie in DNA-sequentie binnen het gen dat codeert voor een lid van deze groep eiwitten, amyloïd beta-precursor eiwit (APP) werd geassocieerd met niet-verbale (vloeibare) intelligentie bij kinderen, dat onze capaciteit om redenen en problemen op te lossen weerspiegelt. Bij volwassenen bleek deze variatie associatie met AD te hebben, terwijl de algemene genetische variatie binnen het APP-gen op zich lijkt te zijn gecorreleerd met de efficiëntie van informatieverwerking (reactietijd).

"Deze studie heeft mogelijke implicaties op onze kennis over de normale functie van deze synaptische eiwitten, evenals hun betrokkenheid bij ziekte," zei Dr. Zayats.

APP codeert de amyloïde-β proteïne dat amyloïde-β-bevattende neuritische plaques vormt, waarvan de accumulatie één van de belangrijkste pathologische kenmerken in AD-hersenen is. Het is nog onduidelijk hoe deze plaques de hersenfuncties beïnvloeden en of ze leiden tot AD.

"Ons begrip van biologische processen die het synaptisch functioneren onderbouwen, kan worden uitgebreid door de menselijke genetica door de hele levensduur op te volgen, aangezien genetische invloeden de drijvende kracht kunnen zijn achter de stabiliteit van onze cognitieve werking", aldus Dr. Zayats.

Genetische correlatie tussen intelligentie en AD werd ook gevonden in grootschalige genoom-brede analyses op algemeen cognitief vermogen bij volwassenen. Van verschillende genen die betrokken zijn bij algemene intelligentie is eerder gemeld dat ze geassocieerd zijn met AD of verwante dementieën. Dergelijke overlap is ook genoteerd voor het APP gen, waar een coderend variant beschermend blijkt te zijn tegen zowel AD en cognitieve afname bij ouderen.

"Daar dit slechts een verkennende studie is, zijn diepgaande functionele en associatie follow-up onderzoeken nodig", aldus Dr. Zayats. "Onderzoek van genetische overlap tussen cognitief functioneren en AD bij kinderen - niet alleen volwassenen -effent ons een nieuwe weg om onze kennis over de rol van synaptische plasticiteit in cognitief functioneren en ziekte te verbreden.”

Vertaling: Andre Teirlinck


Naar het overige nieuws en artikelen van vandaag


Omega 3 algen

Multivitamine

Spirulina

Probiotica